Na twee verlengingen loopt eind dit jaar het ‘experiment resultaatgerelateerde beloning in letsel- en overlijdensschadezaken’ voor letselschadeadvocaten af. Na een grondige evaluatie met een positieve uitkomst wil de algemene raad van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) het experiment omzetten in bestendige praktijk. Dat meldt de orde in een ordebericht van 2 april 2025. De orde geeft aan dat resultaatafhankelijke beloning rechtzoekenden in letsel- en overlijdensschadezaken, die niet in aanmerking komen voor gefinancierde rechtsbijstand, een grotere toegang tot het recht biedt.
De advocatenorde over de procedure: “Het college van afgevaardigden van de orde heeft in principe positief gereageerd op de hiervoor benodigde aanpassing van de Verordening op de advocatuur. Na adviezen van de raad van advies, het dekenberaad en de adviescommissie regelgeving volgt in juni 2025 een tweede behandeling in het CvA. Naar verwachting zal de nieuwe regelgeving dan op 1 januari 2026 in werking treden.”
Sinds de start van het experiment in 2014 mogen advocaten in letsel- en overlijdensschadezaken, onder strenge voorwaarden, werken met resultaatgerelateerde beloning (‘no cure no pay’). Het uitgangspunt van dit experiment is het bieden van een grotere toegang tot het recht voor een specifieke groep rechtzoekenden die met letselschade of overlijdensschade te maken heeft. Dit betreft rechtzoekenden die op grond van de Wet op de rechtsbijstand niet in aanmerking komen voor gesubsidieerde rechtsbijstand, maar toch de kosten voor juridische bijstand niet zelf kunnen betalen. Er geldt een maximum voor de vergoeding die de advocaat aan de cliënt in rekening mag brengen bij een positieve uitkomst van de rechtszaak. Maximaal bedraagt dit 25% (of 35% als de advocaat ook de externe kosten voorfinanciert) van de opbrengst van de zaak voor de cliënt.