Het ‘experiment resultaatgerelateerde beloning in letsel- en overlijdensschadezaken’ wordt met twee jaar verlengd. Dat is heeft het college van afgevaardigden van de Nederlandse Orde van Advocaten besloten. Hiermee is afgeweken van het advies van de algemene raad van de NOvA, dat het experiment met slechts één jaar wilde verlengen.

In de komende twee jaar wordt onderzocht wat voor soort zaken op no cure no pay basis worden gedaan, wie de doelgroep is en wat er gebeurt met de rechtzoekenden die net buiten de doelgroep vallen.

Sinds de start van het experiment in 2014 mogen advocaten in letsel- en overlijdensschadezaken, onder strenge voorwaarden, werken met resultaatgerelateerde beloning. Het uitgangspunt van dit experiment is het bieden van een grotere toegang tot het recht voor een specifieke groep rechtzoekenden die met letselschade of overlijdensschade te maken heeft. Dit betreft rechtzoekenden die op grond van de Wet op de rechtsbijstand niet in aanmerking komen voor gesubsidieerde rechtsbijstand, maar toch de kosten voor juridische bijstand niet zelf kunnen betalen. Er geldt een maximum voor de vergoeding die de advocaat aan de cliënt in rekening mag brengen bij een positieve uitkomst van de rechtszaak. Maximaal bedraagt dit 25% (of 35% als de advocaat ook de externe kosten voorfinanciert) van de opbrengst van de zaak voor de cliënt.

Risico’s financieel belang
Onderzocht wordt nu niet alleen om wat voor zaken het gaat en wie de doelgroep is, maar ook wat de risico’s zijn van het hebben van een financieel belang door de advocaat in een zaak met een resultaatgerelateerde beloning. Bij dit uitgebreidere onderzoek wordt ook gekeken naar resultaten met resultaatgerelateerde beloning in het buitenland.