De Rechtbank Oost-Brabant vindt de Arbo-boete van 27.000 euro voor een circusopleiding niet terecht. De opleiding zou de regels niet in acht hebben genomen, waardoor een studente tijdens een examenopdracht letsel opliep aan haar rechter knie, kaak en gebit waarvoor zij naar het ziekenhuis moest. De opdracht betrof luchtacrobatiekoefeningen met een banddoek.
Volgens de rechtbank staat in de Arbocatalogus Podiumkunsten nota bene met name dat voor een dergelijke act aparte regels gelden omdat bepaalde bescherming in de lucht nu eenmaal niet mogelijk is. De rechtbank: “Bij dergelijke acts is juist in de Arbocatalogus tot uitdrukking gebracht dat met een werkprocedure het risico van valgevaar (uiteindelijk) zodanig klein kan wordt gemaakt dat het ontbreken van een collectieve valbescherming, zoals een valmat, aanvaardbaar wordt geacht. Nu vaststaat dat eiseres ten aanzien van deze banddoekenact een werkprocedure heeft gevolgd en een valmat als collectieve valbescherming heeft laten gebruiken, moet worden beoordeeld of eiseres daarmee de desbetreffende studente voldoende bescherming tegen het valgevaar heeft geboden.
“De rechtbank vindt dat eiseres de studente voldoende heeft beschermd tegen het valgevaar. Tijdens de hele opleiding in de discipline ‘rope’ is er in het algemeen aandacht voor het valgevaar dat bij het beroep van luchtacrobaat hoort en wordt er gefaseerd toegewerkt naar het zelfstandig kunnen werken als luchtacrobaat. Daar komt bij dat het slachtoffer naast haar opleiding al zelfstandig werkte als luchtacrobaat zonder beschermingsmiddelen. Voor specifiek deze examenopdracht waarbij het ongeval heeft plaatsgevonden, geldt bovendien dat het slachtoffer veel heeft geoefend en uitgebreid is getest voordat zij op examen mocht. Dit betekent dat de staatssecretaris zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat eiseres de artikelen 3.16, eerste lid, gelezen in samenhang met het vijfde lid, van het Arbobesluit heeft overtreden. De staatssecretaris was daarom niet bevoegd om eiseres een boete op te leggen. Deze beroepsgrond slaagt. Dat het slachtoffer toch letsel heeft opgelopen bij de val, betekent op de voet van het Arbobesluit niet dat eiseres het slachtoffer niet voldoende heeft beschermd tegen het valgevaar. De rechtbank acht het letsel veeleer het gevolg van een ongelukkige samenloop van omstandigheden.”
(Bron: VVP)