De regeling Tegemoetkoming Stoffengerelateerde Beroepsziekten (regeling TSB), die per 1 januari 2023 in werking is getreden, biedt uitkomst aan werkenden die ziek zijn geworden door blootstelling op het werk aan gevaarlijke stoffen en (beweerdelijke) gezondheidsschade hebben opgelopen. Niet zelden vangen slachtoffers van beroepsziekten bot doordat zij aanlopen tegen complexe en zware bewijseisen in het civiele aansprakelijkheidsrecht. Het bewijs van causaal verband tussen werk en ziekte is immers uiterst moeilijk te leveren. De regeling TSB kent voor werkenden minder zware bewijseisen en kan een oplossing bieden ter compensatie van de schade. Voor werkgevers en hun aansprakelijkheidsverzekeraars is deze ontwikkeling belangrijk.

Door mr. Derk-Jan van der Kolk en mr. Marloes Kok

Civiele aansprakelijkheidsrecht
De nieuwe regeling komt zieke werknemers tegemoet. Binnen het burgerlijk procesrecht geldt in beginsel de hoofdregel dat degene die van mening is schade te hebben (geleden) door toedoen van een ander, dit in voldoende mate moet stellen en zo nodig moet bewijzen. Dit is makkelijker gezegd dan gedaan, vooral als het gaat om schade als gevolg van een beroepsziekte. Toon immers als werknemer maar aan dat je de schade enkel en alleen hebt opgelopen tijdens de uitoefening van je werkzaamheden. Ook andere factoren kunnen immers debet zijn aan het ontstaan van een multi-causale ziekte en dus de schade.

Arbeidsrechtelijke omkeringsregel
Gezien deze lastige bewijspositie worden werknemers tegemoetgekomen door de in de rechtspraak ontwikkelde “arbeidsrechtelijke omkeringsregel”. Anders dan het woord zegt, zorgt deze regel niet voor een daadwerkelijke omkering van het bewijs, maar wordt een vermoeden van oorzakelijk verband tussen de werkzaamheden en de schade aangenomen. Dat klinkt voor werknemers goed, maar ondanks deze arbeidsrechtelijke omkeringsregel lukt het menige werknemer niet succesvol de werkgever aansprakelijk te stellen en de schade te verhalen. Het gaat deze blog te buiten de arbeidsrechtelijke omkeringsregel uitvoerig te bespreken, maar relevant om op te merken is dat een werknemer in ieder geval moet stellen en bij betwisting moet bewijzen dat hij tijdens zijn werkzaamheden is blootgesteld aan de voor zijn gezondheid gevaarlijke stoffen en dat hij aannemelijk maakt dat hij lijdt aan gezondheidsklachten die daardoor kunnen zijn veroorzaakt. Voor een vermoeden is geen plaats als het verband tussen de gezondheidsklachten en de arbeidsomstandigheden te onzeker of onbepaald is.

Regeling TSB
Om werkenden met een mogelijke beroepsziekte tegemoet te komen, is op initiatief van de overheid op 1 januari 2023 de regeling TSB in werking getreden. De regeling TSB wordt gezamenlijk uitgevoerd door het Instituut Slachtoffers Beroepsziekten door Gevaarlijke stoffen (ISBG), het samenwerkingsverband Landelijk Expertisecentrum Stoffengerelateerde Beroepsziekten (Lexces) en de Sociale Verzekeringsbank (SVB).

Voorwaarden
Werkenden kunnen bij de SVB een aanvraag om tegemoetkoming indienen, indien zij stellen te lijden aan een van de drie in de regeling genoemde beroepsziekten, welke lijst op termijn zal worden uitgebreid:

  • Longkanker, veroorzaakt door blootstelling aan asbest;
  • Allergisch beroepsastma, veroorzaakt door blootstelling aan allergenen;
  • Chronic solvent induced encephalopathy (CSE), veroorzaakt door blootstelling aan vluchtige oplosmiddelen zoals bedoeld in artikel 4.62a van het Arbeidsomstandigheden besluit. In de volksmond de “schildersziekte” genoemd.

Het ISBG zal vervolgens de SVB adviseren of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor het recht op tegemoetkoming. In dat kader vraagt het ISBG aan Lexces om ervoor zorg te dragen dat een deskundigenpanel een oordeel vormt over de vraag of sprake is van een ernstige aandoening zoals vermeld op de lijst beroepsziekten. Dit oordeel baseert het deskundigenpanel op de medische gegevens en de informatie over de blootstellingsgeschiedenis tijdens het werk, welke informatie door de werkende moet worden aangeleverd.

Als door het deskundigenpanel is vastgesteld dat sprake is van een beroepsziekte, doet zich vervolgens de vraag voor naar het causaal verband tussen deze ziekte en het werk. Zoals al bovenstaand opgemerkt, stelt de regeling TSB aan het bewijs van het causaal verband tussen het werk en de ziekte minder zware eisen dan in het kader van een civiele aansprakelijkheidsprocedure het geval is.

Op grond van artikel 4, lid 1 sub a2 van de regeling TSB is immers voor het causaal verband al voldoende:

“dat voorshands aannemelijk is dat de ernstige aandoening in het geval van de aanvrager het gevolg is van blootstelling aan één of meer gevaarlijke stoffen bij het verrichten van de arbeid”.

De zieke werkenden lopen bij de regeling TSB dus niet aan tegen complexe en zware bewijseisen van het causaal verband zoals in het civiele aansprakelijkheidsrecht, uiteraard wel onder de voorwaarde dat de werkende voldoende bewijsstukken, zoals voornoemd, heeft aangeleverd.

Na positief advies van het ISBG zal de SVB vervolgens zo spoedig mogelijk de tegemoetkoming uitbetalen. De betaling zal men zoveel mogelijk weer gaan verhalen op de werkgever c.q. diens aansprakelijkheidsverzekeraar.

Hoogte tegemoetkoming
De regeling TSB voorziet niet in differentiatie van het bedrag van de tegemoetkoming al naar gelang de aard en de ernst van de beroepsziekte. De regeling gaat uit van een forfaitaire financiële tegemoetkoming van € 22.839,00 aan alle werkenden die door de blootstelling aan gevaarlijke stoffen op hun werk een ernstige aandoening hebben opgelopen. De tegemoetkoming ziet daarom niet op (volledige) schadevergoeding, maar dient als blijk van erkenning. Ernstige gevallen met een hoge schade worden dus niet afgekocht door betaling van deze tegemoetkoming.

Conclusie
De regeling TSB kan buiten het civiele aansprakelijkheidsrecht een oplossing bieden ter compensatie van de (gedeeltelijke) schade van werkenden die tijdens het werk zijn blootgesteld aan gevaarlijke stoffen.  Een voordeel van de regeling TSB is dat de bewijspositie van de werkenden ten aanzien van het causaal verband tussen de ziekte en het werk voordeliger is dan in het civiele aansprakelijkheidsrecht. Waar in het civiele aansprakelijkheidsrecht de werknemer wordt gesteld voor zware en complexe bewijseisen, geldt in de regeling TSB een minder zware bewijseis. Uiteraard blijft op werkenden nog altijd wel de verplichting rusten voldoende onderbouwende stukken aan te leveren. Indien dat is gebeurd, heeft de werkende zekerheid van een forfaitaire tegemoetkoming.

(Bron: Van Traa Advocaten)