Heeft wijkagent Wim Plank na meer dan veertig jaar trouwe dienst recht op smartengeld vanwege een erkende beroepsziekte of niet? Dat is de vraag waar de rechtbank Oost-Brabant zich over buigt. “Ik kan niet lang zitten, staan of lopen. Alle berichten door die nieuwe uitrusting.” Dat zegt Plank tegen het Brabants Dagblad.
Dat de aandoening van de 60-jarige man voortkomt uit zijn vak als politieman, wordt door de korpsleiding niet betwist. Veel surveillerende agenten klagen na verloop van tijd over blauwe plekken en pijn in onderrug en heupen door beknelling. Oorzaak is de koppel (een soort riem) waaraan een groot deel van de politie-uitrusting wordt gehangen: pistool, pepperspray, portofoon, handboeien en reservepatroonhouder.
“Wij erkennen de beroepsziekte van meneer. Maar we stellen ons op het standpunt dat er geen aanspraak kan worden gedaan op smartengeld, omdat de zaak is verjaard.” Advocaat Rense Lubach vertegenwoordigt de korpschef bij de rechtbank. Volgens hem wist Plank in 2009 al dat hij leed aan het piriformus-syndroom. Of in ieder geval had hij het kunnen bevroeden. Toen meldde hij zich immers voor het eerst bij de huisarts met een klapvoet en gevoelloos been. “Hij had er toen meteen melding van moeten doen bij zijn werkgever.”
Volgens Plank was op dat moment nog absoluut niet duidelijk dat hij met een chronische aandoening kampte. “De dokter stuurde me naar de fysiotherapeut en na vier weken was ik klachtenvrij. Daarna heb ik nog jaren gewoon mijn werk gedaan en vele kilometers gelopen bij het opzetten van buurtpreventienetwerken in Berghem en Ravenstein.”
Lubach liet doorschemeren dat de zaak van Plank voor de korpsleiding ook een testcase is. “Er zijn meer vergelijkbare zaken waarbij aanspraak wordt gemaakt op smartengeld.”
De rechtbank doet binnen zes weken uitspraak.
(Bron: Brabants Dagblad)