Nadat recent het Verbond van Verzekeraars diverse doe-het-zelf-tools voor slachtoffers aankondigde, maakten Achmea en Slachtofferhulp deze week bekend dat ze online hulpmiddelen voor letselschadeslachtoffers ontwikkelen. De zelfhulpmiddelen richten zich vooral op slachtoffers met licht letsel die hun schade zonder belangenbehartiger afwikkelen. De partijen benoemen in het bericht dat schadeafwikkeling zonder belangenbehartiger leidt tot een hogere tevredenheid bij de betrokken slachtoffers en dat de schade sneller kan worden geregeld. Maar klopt dat ook? En welke nadelen kleven er aan schadeafwikkeling zonder belangenbehartiger?

Door Martijn van Driel

Uit recent onderzoek van de Vrije Universiteit blijkt dat zo’n tweederde van de letselschadeslachtoffers een belangenbehartiger inschakelt (62%) en de rest ervoor kiest om de schade zelf af te handelen. Daarbij geldt: hoe ernstiger het letsel van het slachtoffer is, hoe vaker het slachtoffer de hulp inschakelt van een belangenbehartiger.

De stellingen van Achmea en Slachtofferhulp dat de schaderegeling sneller kan worden afgewikkeld en dat slachtoffers gemiddeld genomen meer tevreden zijn over hoe dat is verlopen dan in zaken met belangenbehartiger, worden bevestigd door het VU-onderzoek.

Tevredenheid
Uit het onderzoek blijkt dat de gemeten tevredenheid inderdaad hoger is onder de groep benadeelden zonder belangenbehartiger dan onder de groep met een belangenbehartiger. “Bij alle letseltypen en ongeacht de verwachte hersteltijd gaven benadeelden zonder belangenbehartiger over het algemeen vaker een voldoende dan benadeelden met een belangenbehartiger”.

Lengte van het traject
Uit het VU-onderzoek blijkt ook dat, ongeacht het type letsel en de verwachte hersteltijd, de doorlooptijd van dossiers van benadeelden met belangenbehartiger twee tot drie keer zo lang is als de doorlooptijd van benadeelden zonder rechtshulp. Dus ook hier is de informatie van Achmea en Slachtofferhulp juist.

Hoogte van de schadevergoeding
Maar de genoemde voordelen komen – in letterlijke zin – voor het slachtoffer zonder belangenbehartiger wel met een behoorlijke prijs. Want uit het VU-onderzoek blijkt ook dat slachtoffers zonder belangenbehartiger een twee tot vier keer lagere schadevergoeding ontvangen dan slachtoffers met belangenbehartiger: “Ongeacht het type letsel en de verwachte hersteltijd werd bij benadeelden met een belangenbehartiger steeds een hogere schadevergoeding gevonden dan bij benadeelden zonder rechtshulp. Binnen elke door ons op basis van type letsel en verwachte hersteltijd geconstrueerde gevalscategorie zijn de uitgekeerde schadebedragen in de groep met belangenbehartiger minstens twee keer zo hoog als in de groep zonder rechtshulp. De grootste verschillen bevinden zich binnen de gevalscategorie benadeelden met blijvende nekklachten. Binnen die groep ontvingen benadeelden met een belangenbehartiger gemiddeld 4,5 keer meer schadevergoeding dan slachtoffers zonder belangenbehartiger”.

Nuance: verschillen komen niet (geheel) door belangenbehartiger
Overigens worden alle genoemde resultaten door de onderzoekers sterk genuanceerd. Ze kunnen namelijk niet volledig aan de af- of aanwezigheid van een belangenbehartiger worden toegeschreven, “omdat de complexiteit van de schadeafwikkeling en de hoogte van de schade belangrijke redenen zijn waarom benadeelden al of niet een belangenbehartiger in de hand nemen, zodat de zaken die meer complex zijn, de meeste tijd vragen en tot de hoogste schadevergoeding leiden, het vaakst bij een belangenbehartiger terechtkomen”. Met andere woorden, niet de aanwezigheid van de belangenbehartiger is doorslaggevend voor de tevredenheid, de snelheid en de schadevergoeding, maar in de eerste plaats de kenmerken van de zaak, zoals de complexiteit en de ernst van het letsel.

Mijnenveld van financiële belangen
Wat we als een gegeven kunnen beschouwen is dat iedere letselschadezaak zonder belangenbehartiger voordelig is voor verzekeraars. In drievoud zelfs, want er hoeven geen BGK te worden betaald, de schade kan in de meeste gevallen sneller en zonder veel juridische discussie worden afgewikkeld en de uitgekeerde persoonlijke schade ligt vermoedelijk gemiddeld genomen lager, omdat het slachtoffer onbekend is met wat redelijk is en daarom weinig tot geen tegengas geeft. Dat zal ertoe leiden dat verzekeraars het aandeel van zaken zonder belangenbehartiger graag zouden willen vergroten en daarbij – zoals Achmea deed – op ongenuanceerde wijze de voordelen, maar niet de nadelen van het regelen van een zaak zonder belangenbehartiger bij slachtoffers naar voren willen brengen.

Dat roept bij belangenbehartigers, die uit financieel oogpunt ook erg graag slachtoffers met licht letsel bijstaan, vervolgens de reactie op om de slachtoffers te wijzen op de – eveneens ongenuanceerde – nadelen van het regelen van een letselschadezaak zonder belangenbehartiger: “De schadevergoeding die u ontvangt als u zelf regelt is twee tot vier keer lager!”

Slachtofferhulp Nederland
Het is aan het ondeskundige slachtoffer om zich door dit mijnenveld van financiële belangen een weg te banen. Die kan als het goed is terugvallen op onafhankelijke organisaties als Slachtofferhulp Nederland, maar het enthousiasme waarmee deze organisatie meewerkt aan de creatie van doe-het-zelf-tools en de ongenuanceerde communicatie daaromheen, geeft wel te denken. Je mag van Slachtofferhulp verwachten dat ze richting haar cliënten met letselschade duidelijk aangeeft: “Met een goede belangenbehartiger aan je zijde, sta je sterker”. Te meer omdat kort na het ongeval vaak nog niet precies is vast te stellen hoe ernstig de gevolgen zullen zijn.

Lees hier meer over het VU-onderzoek ‘Ondersteuning van benadeelden zonder belangenbehartiger’.