Veertien jaar na dato moet grondstoffenbedrijf Trafigura zich alsnog voor de Nederlandse rechter verantwoorden voor zijn rol bij de illegale dump van chemisch afval in Abidjan, de hoofdstad van Ivoorkust. Dat heeft het Gerechtshof in Amsterdam dinsdag in een arrest bepaald.
De zaak draait om een massaclaim van circa honderdduizend Ivorianen die zeggen slachtoffer te zijn van een in 2006 in hun stad gedumpte giftige lading. De lading was afkomstig uit het ruim van de Probo Koala, een destijds door Trafigura gecharterd schip.
Bij twee eerdere door Trafigura overeengekomen schikkingen — een met de Ivoriaanse overheid en een met een Engels advocatenteam — vielen deze Ivorianen buiten de boot. Via de Nederlandse rechter proberen zij alsnog in aanmerking te komen voor een schadevergoeding.
Corrupte Ivorianen
Het arrest haalt een streep door een eerdere uitspraak van de rechtbank. Die had de stichting die de Ivorianen in Nederland vertegenwoordigt niet-ontvankelijk verklaard. De rechter twijfelde onder meer aan de garantie van het stichtingsbestuur dat het voor slachtoffers bestemde geld straks niet in de zakken verdwijnt van corrupte Ivorianen. Mede daardoor kwam er geen inhoudelijke behandeling van de massaclaim.
‘Wij waren destijds buitengewoon teleurgesteld over die uitspraak’, zegt stichtingsvoorzitter Ben Knüppe, ook bekend als curator van DSB Bank en Fokker. ‘Maar dan ga je met al je overtuiging en moed in hoger beroep. Het is dan toch wel heel prettig als het Gerechtshof het wél met je eens is.’
Illegale dump
‘Na jaren van juridische vertragingstactieken op grond van procedurele argumenten zal Trafigura zich nu inhoudelijk voor de illegale dump moeten verantwoorden’, concludeert Jurjen Lemstra, expert op het gebied van collectieve claims en een van de advocaten die de stichting van Knüppe bijstaan.
Trafigura en zijn advocaten kunnen nog cassatieberoep instellen. Of dat gebeurt, is onbekend. Dinsdag waren ze niet beschikbaar voor commentaar.
Het grondstoffenbedrijf heeft tijdens eerdere rechtszittingen twijfel gezaaid over de rechtmatigheid van de claim. De betrokken Ivoriaanse slachtofferorganisaties zouden corrupt zijn en met valse slachtofferverklaringen werken. Verder meent Trafigura dat de Nederlandse rechter niets te zeggen heeft over een Ivoriaanse massaschadezaak.
Home court
Het Hof heeft dat argument verworpen. De Probo Koala probeerde de giftige lading eerst aan te bieden in Amsterdam alvorens het schip het afval illegaal naar Afrika verscheepte. Voor dat laatste heeft een eveneens Nederlandse strafrechter Trafigura al onherroepelijk veroordeeld, zegt Knüppe. Los daarvan staat het hoofdkantoor van Trafigura in Amsterdam. Knüppe: ‘Hier zit hun home court.‘
Knüppe is net als het Hof ook niet onder de indruk van de valse slachtofferverklaringen waarmee Trafigura op de proppen is gekomen. Het is heel goed mogelijk dat er onder de honderdduizend slachtoffers ook een groepje bedriegers zit, denkt Knüppe. Het is aan zijn bestuur, zegt Knüppe, om straks het kaf van het koren te scheiden. ‘Dat is slechts uitvoering.’ Knüppe hoopt vooral dat Trafigura na deze uitspraak het procederen staakt en aan tafel komt om te praten over een schikking.
Transparant
Dat neemt niet weg dat het belang van het arrest verder strekt dan dat van de Ivoriaanse slachtoffers, zegt advocaat Lemstra. ‘Het bevestigt ook de positie van Nederland als vooraanstaande jurisdictie voor internationale massaclaims. De Nederlandse rechter biedt aldus bescherming aan de Ivoriaanse slachtoffers die zelf geen middelen hebben een rechtszaak te beginnen ten overstaan van een onafhankelijke en competente rechter.’
Een ander aspect betreft de commerciële financiering van massaclaims, iets waartegen multinationals en hun advocaten regelmatig ageren. Met financiering is niets mis, oordeelt het Hof, zolang claimstichtingen daar maar transparant over zijn.
Claimcode
Daarbij dient de Claimcode als richtsnoer. Deze code is in 2011 opgesteld door oud-rechters en juristen onder wie Lemstra en geeft spelregels voor claimstichtingen ter bescherming van zowel particulieren als bedrijven.
Lemstra: ‘Het arrest illustreert dat stichtingen die zich netjes aan de Claimcode houden niet eenvoudig opzij kunnen worden gezet met als argument dat zij door buitenlandse commerciële partijen worden gefinancierd. Dit aspect van de uitspraak is voor de positie van Nederland op de internationale financieringsmarkt van massaclaims van groot belang. Zonder externe financiering zijn dit soort claims namelijk vaak onmogelijk.’
(Bron: FD)