Een groep van elf Irakezen heeft de Nederlandse staat gedagvaard in verband met de schade die ze hebben geleden door de Nederlandse luchtaanval op een autobommenfabriek in Hawija, in 2015. Liesbeth Zegveld, de advocaat van de families, claimt dat de aanval onrechtmatig was. Dat meldt de NOS.

Twee jaar geleden diende Zegveld al een claim in namens 52 Irakezen, waarin ze Nederland aansprakelijk stelde. Omdat het kabinet die aansprakelijkheid niet heeft erkend, maakt ze namens een aantal van hen nu de gang naar de rechter.

Aanval Nederlandse F16’s
De Irakezen verloren als gevolg van de aanval elf familieleden, onder wie negen kinderen. Verschillende huizen van hen werden verwoest en sommige slachtoffers liepen chronische lichamelijke schade op. Omdat de aanval door Nederlandse F16-piloten werd uitgevoerd, eisen ze een individuele schadevergoeding van de Nederlandse staat.

Bij de aanval op de autobommenfabriek van IS ging het volgens het ministerie van Defensie mis doordat er veel meer munitie lag opgeslagen dan gedacht. De munitie explodeerde en daardoor werden in de omliggende woonwijk honderden huizen beschadigd of verwoest. Zeker zeventig burgers kwamen om het leven.

Onaanvaardbaar risico
Volgens advocaat Zegveld heeft Nederland met de aanval een onaanvaardbaar risico genomen. “De staat wist of had behoren te weten dat de luchtaanval enorm veel burgerslachtoffers zou (kunnen) veroorzaken”, stelt ze in de dagvaarding. Ze verwijt Nederland dat er geen serieuze berekening is gemaakt om de impact van de explosie te berekenen. Zegveld verwijt Nederland ook dat er “niet op tijd, niet adequaat en niet onafhankelijk” onderzoek is gedaan. Volgens haar was Nederland, op basis van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, hiertoe wel verplicht.

(Bron: NOS)