Uit een enquête onder ruim 12.000 inwoners van tien Europese landen, in opdracht van Vinci Autoroutes, blijkt dat verkeersdeelnemers in heel Europa de verkeersregels massaal aan hun laars lappen: alle Europeanen rijden op grote schaal door rood, fietsen op de stoep en parkeren op een gehandicaptenplaats. Alle berichten denken we dat wij het zélf prima doen en dat vooral de ánderen agressief of gevaarlijk gedrag vertonen. Meer dan negen op de tien Europeanen vinden dat ‘andere weggebruikers te veel risico nemen’.
Twee derde van de Europese automobilisten gebruikt de mobiele telefoon tijdens het rijden. Meer dan de helft gebruikt geen richtingaanwijzer bij het veranderen van rijkstrook. 36 opent zijn portier zonder te kijken of er een fietser aankomt, 32 procent parkeert regelmatig dubbel, en 21 procent rijdt op de busbaan. Bijna negen op de tien voetgangers is bij het oversteken op een zebrapad bang dat auto’s niet stoppen.
Automobilisten, fietsers maar ook wandelaars denken vaak vooral aan zichzelf. ‘Weggebruikers zijn weinig geneigd om op straat ruimte aan anderen te laten’, stelt Vinci, dat aangeeft dat Europeanen ‘veel risico nemen en veel verkeersovertredingen veroorzaken’.
In Nederland wordt van de tien onderzochte landen het vaakst de fiets gebruikt. Maar van veilig fietsen is geen sprake. Bijna de helft van de Nederlandse fietsers rijdt door rood, één op de drie fietsers belt tijdens het fietsen, en meer dan twee derde fietst op de stoep, blijkt uit het onderzoek. In Nederland zegt 42 procent van de ondervraagde voetgangers wel eens te zijn aangereden door een fiets, een scooter of een hoverboard.
Zo’n 65 procent van de Nederlandse motorrijders rijdt wel eens op de stoep. Meer dan drie kwart van de Nederlandse voetgangers negeert het zebrapad en steekt gewoon over. Zo’n 70 procent van de Nederlandse automobilisten rijdt wel eens door oranje of rood. Het goede nieuws voor de Nederlanders: ze gebruiken het meest van de tien onderzochte landen verschillende transportmiddelen door elkaar, en bijvoorbeeld niet alleen de auto. Dat leidt ertoe dat ze ook meer dan gemiddeld oog hebben voor de andere weggebruikers. ‘Ze kunnen zich verplaatsen in de ander en snappen ook beter de beperkingen en kwetsbaarheden van anderen op de weg’, aldus Vinci.
—