Monsanto, producent van onkruidverdelger Roundup, is door een rechtbank in de Amerikaanse staat Missouri veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van ruim 1,5 miljard dollar (circa 1,37 miljard euro) aan drie Amerikanen die kanker zouden hebben gekregen na gebruik van het middel. Dat meldt persbureau Bloomberg. Het gaat om een van de grootste schadevergoedingen dit jaar in de Verenigde Staten.

De drie personen kregen samen een schadevergoeding van 61,1 miljoen dollar (55,9 miljoen euro) voor geleden schade en daarbij ieder nog eens een bedrag van 500 miljoen dollar (458 miljoen euro) om Monsanto te bestraffen. Bij de drie had zich een non-hodgkin lymfoom ontwikkeld en ze beweerden dat deze vorm van kanker het gevolg was van het jarenlang gebruik van Roundup bij het tuinieren.

Chemieconcern Bayer, dat eigenaar is van Monsanto, heeft aangekondigd in beroep te gaan. Het bedrijf zegt in een verklaring dat de Amerikaanse milieu-autoriteiten Roundup en het belangrijkste bestanddeel glyfosaat nog altijd als veilig aanmerken. Ook bepaalden rechters dat het niet nodig was om waarschuwingen op de verpakking van de verdelger te plaatsen, aldus Bayer.

Het Duitse bedrijf heeft recent nog rechtszaken gewonnen over Roundup, maar tegelijk zijn er ook een aantal zaken waarbij de jury wel een verband zag tussen de onkruidverdelger en de ontwikkeling van kanker. De Duitse chemiereus nam Monsanto in 2018 over voor 63 miljard dollar (57,7 miljard euro) en erfde daarmee ook de vele rechtszaken rond Roundup. Het bedrijf reserveerde twee jaar geleden 16 miljard dollar (14,6 miljard euro) om zo’n 100.000 zaken op te lossen.

Ook in Europa heerst discussie over het gevaar van glyfosaat voor de gezondheid, maar omdat het onderzoek naar mogelijke schadelijke effecten nog loopt, werd recent de vergunning voor gebruik ervan met tien jaar verlengd.