Het Universitair Ziekenhuis Brussel is veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding, omdat door een fout in zijn fertiliteitskliniek een Spaans echtpaar vier in plaats van twee kinderen kreeg. “Voor het eerst wordt een gezond kind als schadepost beschouwd.”

De kwestie waarover de rechter zich moest buigen, begon in 2010. Het echtpaar kreeg in dat jaar een eerste kind, een zoontje. Al snel werd vastgesteld dat het aan de genetische aandoening bèta-thalassemie lijdtwaarvoor maar één behandeling ­bestaat: een beenmergtrans­plantatie. Een geschikte donor vinden bleek niet eenvoudig. De ­ouders zelf kwamen niet in aanmerking, omdat ook zij drager zijn van het gen dat de aandoening veroorzaakt. Op aanraden van hun Spaanse artsen trokken ze naar de gerenommeerde fertiliteitskliniek van het UZ Brussel, met de vraag om via in-vitroferti­lisatie en zogenoemde ‘pre-implantatiediagnostiek’ een kind te verwekken dat als donor zou kunnen fungeren – een zogenaamde ‘savior baby’.

Maar in het ziekenhuis ging het fout. In het fertiliteitscentrum werden meerdere embryo’s ontwikkeld. Slechts één daarvan was ­geschikt als donor, maar het ziekenhuis plantte per abuis een ander embryo bij de moeder in. De zwangerschap leidde tot de geboorte van een tweeling, maar geen van beide meisjes kon donor zijn voor hun broer. Nog steeds op zoek naar een behandeling voor hun zoon, ­besloten de ouders om de als donor geschikte embryo alsnog te laten inplanten, in een ziekenhuis in Madrid. In 2018 werd daarop een vierde kind geboren, gezond én geschikt als donor. De lang­verwachte beenmergtransplantatie zou vorig jaar hebben plaatsgevonden.

De ouders spanden een rechtszaak aan tegen het UZ Brussel. Ze eisten materiële en een immateriële schadevergoeding. Aan de moeder werd door de rechtbank 27.000 euro toe­gekend, aan de vader 11.000 euro, onder meer voor “de schok die zij leden nadat ze vernomen hadden dat de tweeling niet geschikt was als donor” en voor de “angst en de risico’s gegenereerd door een nieuwe zwangerschap”, schrijft de rechter. Ook aan het oudste kind moet het UZ Brussel een schadevergoeding van 5.000 euro betalen, voor de vertraging die zijn transplantatie opliep. De rechtbank kende het echtpaar eveneens een materiële schadevergoeding toe van 25.000 euro, die de kosten moet dekken van de kosten die ontstaan door de aanwezigheid van een vierde kind binnen het gezin. De rechter acht bewezen dat het echtpaar “binnen hun familiaal project wel twee of drie kinderen wenste, maar in geen geval vier”.

(Bron: De Standaard)