Angst, stress of verdriet, omdat je toekomstdroom uiteen is gespat. Bijna 12 procent van de kinderen die een zwaar ongeluk hebben gehad, ontwikkelt posttraumatische stressklachten (PTSS). Volgens onderzoeker Els van Meijel kan dat voorkomen worden als de psychische impact van een ongeluk meer aandacht krijgt. “Een schande dat de zorg hierin nog zo tekortschiet.”
Psycholoog Els van Meijel heeft de afgelopen jaren tientallen kinderen gevolgd die door een ongeluk op de spoedeisende hulp in het AMC terechtkwamen. Deze week promoveerde ze op dit onderzoek.
Automatisme
Aanrijdingen, scooterongevallen, een val met de fiets, complexe breuken: Van Meijel zag van alles voorbij komen.
De onderzoeker schrok hoe ermee werd omgesprongen. “De zorg in spoedeisende situaties is eigenlijk alleen maar gericht op het fysieke letsel, maar voor de psychische gevolgen daarna is bijna geen oog. Er wordt ook vaak verwacht dat het automatisch goed gaat met kinderen als ze niet ernstig gewond zijn geraakt of als er geen blijvend letsel is.”
Tegen een paal geknald
Ze volgde 147 kinderen, onder wie een 16-jarige jongen die met volle vaart met zijn scooter tegen een paal knalde. “Door de enorme smak waren zijn benen verbrijzeld. Een ambulance werd gebeld en de tiener werd naar de spoedeisende hulp gebracht. Daar ontfermde een heel team zich in de traumakamer over het kind. Denk aan neurochirurgen, kinder-anesthesiologen en traumachirurgen.”
Na de operatie lag de jongen dagen in het ziekenhuis met zijn benen in stangen. “Aandacht voor de psychische impact van het ongeluk was er nauwelijks. Hooguit van een verpleegkundige die even de tijd nam voor een praatje, maar geen professionele hulp.”
En die hulp is juist hard nodig. Van Meijel sprak de tiener enkele jaren later weer. Hij had nog altijd psychische klachten door het ongeluk.
“Het ging niet goed met hem. Zijn droom was om loodgieter te worden, maar door de complexe breuk was die droom uiteen gespat. Ook was hij verdrietig geworden, omdat hij niet meer met zijn vrienden mee kon doen.”
Zorg schiet tekort
Volgens Van Meijel is de jongen geen uitzondering. Uit het onderzoek blijkt dat bijna 12 procent van de kinderen PTSS ontwikkelt na een ongeluk. Bij de ouders is dat bijna 10 procent. Dat kan voorkomen worden als er veel sneller hulp ingeschakeld wordt.
“De psychologische zorg bij ongelukken schiet in ziekenhuizen tekort. De zorgsystemen zijn er niet op ingericht. De reden is vooral geld.”
Het kan beter én moet anders, vindt Van Meijel. Kijk naar de Verenigde Staten: daar is volgens Van Meijel veel meer zorg en begeleiding voor kinderen die het slachtoffer zijn geworden van verkeersongelukken of andere ongelukken.
In de VS is een screeningslijst ontwikkeld waarmee het risico op langdurige posttraumatische stressklachten bij kinderen en ouders ingeschat kan worden, licht de onderzoeker toe. “Uit ons onderzoek blijkt dat de lijst in Nederland ook werkt.”
12 vragen
De screeningslijst bestaat uit twaalf vragen. “Bijvoorbeeld of het kind op enig moment bang was om dood te gaan. Het is belangrijk dat de lijst binnen twee weken na het ongeluk afgenomen wordt”
“Op basis hiervan kunnen we vaststellen welke kinderen en ouders kans maken om na een ongeluk PTSS te krijgen. En kunnen we zo nodig hulp inschakelen en erger voorkomen.”
(Bron: RTL Nieuws)