Sinds medio vorige eeuw is in hoog tempo een groot deel van de Nederlandse infrastructuur aangelegd. Diezelfde infrastructuur raakt nu op leeftijd en wordt door de toename van het verkeer in de loop der jaren steeds intensiever gebruikt. Sinds de jaren ’60 is er acht keer meer verkeer en zijn vrachtwagens veel zwaarder beladen. Ook de intensievere scheepvaart zorgt voor slijtage aan waterwerken als bruggen, tunnels, viaducten en sluizen. Soms veel sneller dan eerder gedacht. Dat meldt Rijkswaterstaat.

Bij het plegen van onderhoud stuiten de betrokken werkers op problemen die soms niet eerder waren voorzien, zoals bijvoorbeeld chroom-6. Bovendien zijn er veel meer richtlijnen en verplichtingen gekomen op het gebied van klimaat, duurzaamheid en ICT. Het betekent dat er fors moet worden geïnvesteerd om onze bestaande infrastructuur goed en veilig te houden, bovenop de al bestaande budgetten.

Rijkswaterstaat geeft aan dat de onderhoudsopgave komende jaren groter is dan het beschikbare budget. Doordat niet al het onderhoud kan worden uitgevoerd en veel objecten aan het einde van hun technische levensduur zijn, zullen er vaker storingen optreden en zijn er vaker spoedreparaties en urgent tussentijds onderhoud nodig. Ook zullen vaker maatregelen moeten worden getroffen, zoals snelheidsbeperkingen, aslast- of aflaadbeperkingen. Dat is nu al merkbaar voor (vaar)weggebruikers. Daarbij mag de veiligheid van de gebruikers nooit in het geding komen.

(Bron: Rijkswaterstaat)