Uit cijfers die het AD eind vorig jaar opvroeg bij de gemeente bleek dat er veel storingen en aanrijdingen met pollers in de stad zijn. Vaak met grote gevolgen voor auto en bestuurder. Zo klaagde een slachtoffer tegenover het AD over lichamelijk letsel en een rekening van duizenden euro’s bij de garage, nadat ze eind november nietsvermoedend achter een grote bestelwagen over de Parallelweg reed toen de poller ineens omhoog schoot.
Het grootste deel van de aanrijdingen met pollers in Den Haag is de schuld van de bestuurders die bijvoorbeeld het rode licht en de bebording negeren. Dit antwoordt het Haagse gemeentebestuur op vragen hierover vanuit de raad. De aanwezigheid van pollers is volgens de gemeente overal duidelijk aangegeven. Zij ziet dan ook geen reden voor extra maatregelen.
Volgens de gemeente hebben er in 2020 in totaal 55 aanrijdingen plaatsgevonden met pollers. Jaarlijks passeren er tussen de 6 en 7 miljoen voertuigen over de 79 pollers. “Als wij het aantal passages afzetten tegen het aantal aanrijdingen constateren wij dat dit niet schrikbarend is’’, antwoordt wethouder Robert van Asten op vragen van het CDA hierover.
De schade blijft ook verhaald worden op automobilisten. Vorig jaar bedroegen de kosten van het herstellen na aanrijdingen 224.491 euro. Het verhelpen van de storingen kostte ruim 164.000 euro. De niet-verhaalbare kosten van de pollers worden betaald uit het potje Mobiliteit van de gemeente. Van Asten vindt dat die kosten in verhouding zijn tot de maatschappelijke baten zoals verkeersveiligheid en leefbaarheid.
Johanna (35), die vorig jaar door pollers op de Parallelweg werd gelanceerd, laat aan het AD weten zwaar teleurgesteld te zijn door de reactie van het gemeentebestuur. “Die pollers staan wel aangegeven, maar niet goed genoeg. Het komt niet over. Het is er te druk en chaotisch. Er zijn ook teveel borden, waardoor het erg onoverzichtelijk is.’’ Er zou ook een verkeerd bord staan. “Het is misleidend. Bovendien is er teveel informatie op een stuk van 150 meter. Ga er zelf naar kijken en schrijf niet alleen een antwoord vanachter je bureau’’, zegt ze boos.
Johanna zegt getraumatiseerd te zijn. “Als ik niet zo was geschrokken had ik het achter me gelaten. Maar wat mij echt kwaad maakt: Ik heb geluk gehad dat mijn kind niet bij me was in de auto. Ik heb nu last van mijn heup, rug en pols. Bovendien heeft de schade me een kleine 3000 euro gekost.’’ Zij vindt dat de wethouder te nonchalant reageert. “Er kunnen mensen doodgaan daar. Het is niet alleen even een kapotte bumper of zo.’’
(Bron: AD)