De borstimplantaten die Frankrijk in eigen land uit de handel heeft gehaald, mogen in Nederland nog wel worden geplaatst. In plaats van een verbod kiest minister Bruno Bruins van medische zorg voor strengere regels.

Frankrijk heeft vorige maand de implantatie van zogeheten ruwe borstprotheses verboden omdat zij het risico op een zeldzame vorm van lymfeklierkanker verhogen. Het ging om protheses van zes fabrikanten. Direct na het Franse verbod greep minister Bruins in en verzocht de Nederlandse plastisch chirurgen met klem om ook (tijdelijk) te stoppen met de implantaten. Het RIVM bekeek de afgelopen weken de wetenschappelijke gegevens waarop de Franse collega’s hun verbod baseerden. Die gegevens hebben niet tot nieuwe inzichten geleid die een verbod rechtvaardigen.

Risico’s
“Aan elk implantaat kleven risico’s”, schrijft Bruins aan de Tweede Kamer. “Een verbod op ruwe implantaten zou de zorgen niet wegnemen en leidt zelfs tot nieuwe problemen, bijvoorbeeld doordat vrouwen een preventieve ingreep uitstellen of kiezen voor een behandeling in het buitenland. Voor borstkankerpatiënten, maar ook voor vrouwen met geen of weinig borstvorming en voor transvrouwen zijn de implantaten van grote waarde.” Door niet mee te gaan met Franse verbod van vorige maand volgt Nederland het voorbeeld van andere Europese landen. Ook in de Verenigde Staten zijn de implantaten nog altijd verkrijgbaar.

Regels
Bruins vindt het wel nodig dat er strengere regels rond de borstimplantaten komen. Opereren mag pas als zowel de patiënt als de arts een overeenkomst hebben getekend. Daarnaast komt er meer aandacht voor nazorg zodat vrouwen zich vaker kunnen laten controleren. Een type prothese van producent Allergan blijft wel verboden. Dit implantaat, de Biocell, is eerder al in de ban gedaan vanwege onaanvaardbare gezondheidsrisico’s. In Nederland dragen ongeveer 200.000 vrouwen borstprotheses. Daarvan zijn er 60.000 vrouwen met het Allergan-Biocell implantaat. De Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgen gaat deze vrouwen nu actief benaderen. Zij kunnen via de huisarts terecht bij een specialist en hoeven dat niet zelf te betalen. Een eventuele heroperatie om de prothese te verwijderen, wordt alleen vergoed als dat medisch noodzakelijk is.

(Bron: Trouw)