Op 1 januari verandert er weer veel als gevolg van nieuwe wet- en regelgeving. We zetten een aantal maatregelen op een rij.
Minimumloon
Het minimumloon gaat omhoog. Datzelfde geldt voor sommige uitkeringen, onder meer de bijstand en de AOW. De brutobedragen van het wettelijk minimumloon gaan per 1 januari 2020 omhoog. Het bruto wettelijk minimumloon per 1 januari 2020 bedraagt 1.653,60 euro per maand.
Belasting box 1: Tweeschijvenstelsel
Het kabinet versnelt de overgang naar het tweeschijvenstelsel in de inkomstenbelasting. De invoering zou in 2021 plaatsvinden, maar dat gebeurt al in 2020. Door de invoering van het tweeschijvenstelsel voor de inkomstenbelasting en de verhoging van de arbeidskorting en algemene heffingskorting, houden werkenden netto meer over van elke euro die zij verdienen en wordt het minder belangrijk of het inkomen in een huishouden met één persoon of twee personen wordt verdiend.
Door de veranderingen in de inkomstenbelasting worden de lasten van de meeste burgers lager. Of iemand er op vooruit gaat, hangt ook af van de persoonlijke situatie en eventuele veranderingen daarin.
Voor AOW-gerechtigden gelden lagere tarieven. Dat komt doordat zij geen AOW-premie meer hoeven te betalen. De belastingtarieven voor AOW-gerechtigden vind je hier.
Belasting box 2
Wie meer dan 5 procent van de aandelen of stemrecht in een vennootschap heeft, heeft een zogeheten aanmerkelijk belang. Over de inkomsten die je hieruit ontvangt, zoals dividend, moet je belasting betalen in box 2. Dit tarief gaat komend jaar omhoog van 25 procent naar 26,25 procent. In 2021 loopt het nog verder op: naar 26,90 procent.
Het tarief van de vennootschapsbelasting op winsten tot en met 200.000 euro daalt komend jaar van 19 procent naar 16,5 procent. Een jaar later wordt dit 15 procent. Het tarief op winsten vanaf 200.000 euro blijft in 2020 onveranderd op 25 procent. in 2021 daalt het aar 21,7 procent.
Belasting box 3: Vermogensbelasting
Het gat tussen het fictieve rendement waarover je vermogensbelasting betaalt in box 3 en de werkelijke spaarrente wordt iets kleiner. Daarnaast gaat de vrijstelling iets omhoog. Over de eerste 30.846 euro (of 61.692 euro bij fiscaal partners) aan vermogen hoef je geen belasting te betalen. Nu ligt de grens nog op 30.360 euro (of 60.720 euro voor fiscaal partners).
Bij de vermogensbelasting gelden drie schijven:
- Over de eerste schijf (voor vermogens tussen 30.846 en 72.797 euro) betaal je in 2020 per saldo 0,54 procent belasting (30 procent over een forfaitair rendement van 1,799 procent). Nu is dat nog 0,58 procent.
- Over het vermogen hierboven tot 1.005.572 euro, moet je volgend jaar 1,27 procent afrekenen (tegen 1,34 procent in 2019).
- Het vermogen boven de ruim 1 miljoen euro wordt belast tegen 1,6 procent in 2020, versus de huidige 1,62 procent.
Net zoals bij de inkomstenbelasting gelden de tarieven alleen voor het deel van je vermogen dat binnen een bepaalde schijf valt.
Rechtspositie payrollers en oproepkrachten
Tot op heden gelden voor payrollers dezelfde rechten als uitzendkrachten, maar dat gaat veranderen. Voor payrollers gaan dezelfde arbeidsvoorwaarden en rechtspositie gelden als voor werknemers in vaste dienst. Zo kunnen ook zij aanspraak maken op bijvoorbeeld vakantiedagen, verlofregelingen of een eventuele 13e maand.
Ook oproepkrachten krijgen meer bescherming. Zo moeten werkgevers hen minstens vier dagen van tevoren oproepen voor werk. Ook krijgen zij recht op uitbetaling van de beloofde uren als zij minder dan vier dagen van tevoren worden afgebeld.
Toeslagen
De maximale zorgtoeslag voor alleenstaanden stijgt met 60 euro tot 1248 euro. De maximale zorgtoeslag voor partners stijgt met 84 euro naar 2.388 euro. De kinderopvangtoeslag gaat voor alle ouders omhoog.
Alimentatie
De duur van de partneralimentatie gaat omlaag. Een ex-partner betaalt nog hooguit vijf jaar partneralimentatie. Tot nu toe was dat maximaal twaalf jaar.
Verkeersmisdrijven
De maximale gevangenisstraf voor gevaarlijk rijden gaat van twee naar zes maanden, ook in zaken zonder letsel of schade. Automobilisten die door roekeloos rijden een ernstig ongeluk veroorzaken, kunnen maximaal zes jaar gevangenisstraf krijgen.
Bijtelling elektrische auto’s
De bijtelling voor elektrische auto’s van de zaak gaat omhoog. Desondanks blijft de bijtelling voor elektrische wagens lager dan voor benzine- of dieselauto’s. Concreet betekent dit dat je voor een elektrische auto aangeschaft na 1 januari 2020 8 procent bijtelling moet rekenen over de waarde tot 45.000 euro. Is de cataloguswaarde van je elektrische auto hoger, dan reken je 22 procent bijtelling over de meerprijs.
Massaschade
Burgers en bedrijven die massaal schade lijden, kunnen samen naar de rechter om hun schade vergoed te krijgen. Meer informatie vind je hier.
Bewaartermijn medische dossiers
De wettelijke bewaartermijn van medische dossiers wordt voor zorgverleners die vallen onder de Wgbo verlengd van vijftien naar twintig jaar. De bewaartermijn loopt vanaf de laatste aanpassing van het dossier.
Hypotheekrenteaftrek
De hypotheekrenteaftrek wordt versneld afgebouwd, niet met 0,5% per jaar, maar vanaf 2020 met 3%, zo heeft het kabinet besloten. De maximale aftrek wordt daarmee in 2020 46% ten opzichte van 49% in 2019.
Roken wordt duurder
Roken wordt komend jaar wederom duurder, omdat de accijnzen op tabaksproducten omhoog gaan. Vanaf april stijgt de prijs voor een pakje sigaretten met nog eens 1 euro.
Wat betekent dit alles voor de koopkracht?
De meeste belastingplichtigen krijgen komend jaar te maken met lagere belastingtarieven en hogere kortingen en dat is natuurlijk gunstig. Loonstrookjesverwerker ADP becijferde onlangs dat het nettoloon voor mensen met een bruto maandloon tussen de 2.500 en 7.500 euro komend jaar zal toenemen met ongeveer 40 tot 100 euro per maand. Dit komt neer op een stijging van 1,6 tot 2,2 procent.
Heb je een eigen woning, dan zal het nettovoordeel wat lager uitpakken, omdat in de berekening van ADP nog geen rekening is gehouden met de lagere hypotheekrenteaftrek. Omdat het belastingtarief daalt, mag je immers ook minder hypotheekrente in mindering brengen op je inkomen. Ook is in de berekening geen rekening gehouden met prijsstijgingen (voor bijvoorbeeld je zorgverzekering of de energierekening) en eventuele loonstijgingen. Dus wat je netto overhoudt, na aftrek van vaste lasten, kan hiervan afwijken.
Eerder heeft het Nibud al voor 100 verschillende soorten huishoudens in kaart gebracht in hoeverre zij er komend jaar naar verwachting op vooruitgaan. Volgens die berekeningen stijgt de koopkracht met gemiddeld 0,2 tot 4,6 procent.
De meeste mensen gaan er netto 1 tot 2 procent op vooruit. Vooral voor tweeverdieners met een middeninkomen en kinderen ziet het er gunstiger uit.