De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) gaat geen vervolgonderzoek doen naar de Enschedese vuurwerkramp. Dat laat de raad weten in een brief aan Tweede Kamervoorzitter Arib. 

De Tweede Kamer had aangedrongen op een dergelijk onderzoek naar aanleiding van een 1200 pagina’s tellend rapport van voormalig Europarlementariër Paul van Buitenen. Deze klokkenluider kwam na jarenlang onderzoek tot de conclusie dat het Openbaar Ministerie in het onderzoek naar de vuurwerkramp de rechterlijke macht bewust zou hebben misleid. Reden daarvan zou zijn dat de overheid – en de falende rol bij het toezicht op de vuurwerkopslag – op die manier buiten schot moest worden gehouden, onder meer met het oog op dreigende torenhoge schadeclaims.

Dat de Raad geen aanvullend onderzoek gaat doen, heeft te maken met het feit dat de ramp inmiddels zeventien jaar geleden is. “Het is voor ons niet meer mogelijk om informatie uit eerste hand te krijgen”, laat een woordvoerster weten. “En onze werkwijze leent zich niet voor historisch onderzoek.” De OvV heeft – onder leiding van scheidend voorzitter Tjibbe Joustra – de afgelopen jaren tal van omvangrijke rampen en ongelukken onderzocht en staat bekend om haar vaak felle kritiek. De Vaste Kamercommissie Justitie en Veiligheid nam onlangs een motie aan, waarin het erop aandrong dat de OvV zich over de Enschedese vuurwerkramp zou buigen. Dit onderzoek moest zich dan toespitsen op de snoeiharde conclusies van Van Buitenen.

Klokkenluider Paul van Buitenen is onaangenaam getroffen dat de Onderzoeksraad Voor Veiligheid niet naar zijn rapport wil kijken over de vuurwerkramp. “Maar ik geef niet op”, zegt hij. De Bredanaar heeft vier jaar onderzoek gedaan naar de ramp, waarbij op 13 mei 2000 23 mensen omkwamen en zeker 1000 mensen gewond raakten. Hij claimt dat het Openbaar Ministerie de rechterlijke macht willens en wetens heeft misleid. Volgens Van Buitenen met het doel de overheid buiten schot te houden voor de ramp. De schuld moest komen te liggen bij het ontplofte S.E. Fireworks en/of een brandstichter. Van Buitenen zegt dat hij ‘de afwijzing van de onderzoeksraad niet heeft zien aankomen’. „Er was een breed gedragen verzoek van de Tweede Kamer om dit op te pikken. Dan ga je er vanuit dat ze zo’n verzoek uiterst serieus nemen. Het geeft me het gevoel: dit stinkt. Hun onderzoek naar mijn rapport zou een stap in de goede richting zijn geweest. Maar ik ben niet verslagen. In tegendeel. Ik ga nu terug naar de Kamer. Daar ligt de bal.”

De OvV wil niet naar zijn rapport kijken, omdat de manier waarop de raad onderzoek doet zich niet leent voor ‘een historisch onderzoek’. „Vaak wordt na een ernstig voorval in de loop der tijd regelgeving aangepast, gaat vluchtige informatie verloren en veranderen betrokken personen van functie”, aldus de raad in een toelichting. Van Buitenen: “Zoiets haal je van stal als je er geen trek in hebt. Mijn rapport leent zich bij uitstek voor de OvV. Dat is onder andere ook een punt van mijn onderzoek. Er is juist helemaal niets veranderd aan de blusvoorschriften om maar wat te noemen. En er ligt nog overal consumenten-vuurwerk opgeslagen, terwijl dat in mijn ogen ook gevaarlijk is.” Van Buitenen gaat door met zijn strijd.

(Bron: Drost Letselschade)