Als uit de toespraak van premier Mark Rutte het beeld is ontstaan dat de maatregelen tegen het nieuwe coronavirus er vooral op gericht zijn om ‘groepsimmuniteit’ te creëren, dan is dat onjuist. Volgens RIVM-directeur infectieziektenbestrijding Jaap van Dissel is dat deel van de toespraak van Rutte ‘erg geframed’.

Van Dissel beantwoordde woensdagochtend in een hoorzitting vragen van de Tweede Kamer. De Kamer debatteert vanmiddag over de aanpak van het coronavirus. Het belangrijkste doel van het kabinet, in samenspraak met het RIVM, is om zo min mogelijk mensen uit kwetsbare groepen te laten overlijden en te zorgen dat zoveel mogelijk patiënten geholpen kunnen worden in de ziekenhuizen en op de intensive care, lichtte Van Dissel de aanpak toe.

Dat wil de regering doen door kwetsbare groepen, zoals ouderen en mensen met een zwakke gezondheid, meer sociale distantie te laten betrachten dan anderen. Van Dissel: “Je wilt ze veel minder infecties laten doormaken dan de rest. Je probeert ze meer af te schermen”. Een gevolg van die aanpak kan volgens Van Dissel zijn dat andere groepen immuniteit opbouwen, omdat zij meer in aanraking komen met het virus. “Maar dat kost ook tijd. En die hebben we waarschijnlijk niet.” Groepsimmuniteit ontstaat waarschijnlijk pas als er een vaccin is tegen het coronavirus. Tot die tijd willen kabinet en RIVM ‘tijd kopen’.

Lock-down
Van Dissel probeerde ook het beeld te bestrijden dat Nederland minder vergaande maatregelen treft dan andere landen. Vooral oppositiepartijen PVV en Forum voor Democratie hebben kritiek op de in hun ogen te voorzichtige aanpak van het kabinet. Volgens hen zou het openbare leven in Nederland nog verder stilgelegd moeten worden. Zij pleiten voor een ‘lock-down’, zoals in andere landen gebeurt.

Volgens Van Dissel nemen de meeste landen die zeggen dat zij in lock-down zijn gegaan, helemaal niet veel verstrekkender maatregelen dan Nederland. “Het enige land in de EU dat naar mijn idee een lock-down heeft, vanaf het moment dat de infectie al vergevorderd was, is Italië. In andere landen is het vooral een kwestie van framing. Zij treffen allemaal maatregelen die Nederland in meer of mindere mate ook treft. De één noemt het thuiswerken, de ander zegt: we werken niet, behalve in enkele sectoren.” Alleen Groot-Brittannië wijkt volgens de RIVM-directeur in grote mate af, omdat dat land het virus vooralsnog met soepeler maatregelen te lijf wil gaan.

Een ander nadeel van een lock-down is volgens Van Dissel dat het aantal besmettingen opnieuw in hoog tempo kan oplopen, wanneer de samenleving weer op gang komt. Mensen hebben immers nauwelijks immuniteit opgebouwd. Dat is een probleem rond de Chinese stad Wuhan, waar het virus het eerst uitbrak. Van Dissel: “Daar is men nog steeds in lock-down. Nu, maanden sinds het begin van die maatregel, hebben ze een probleem. De infectie daar is nog niet tot rust gekomen. Als je het leven weer opstart is er een reële kans dat de infectie opnieuw begint.”

Speculatief
Tweede Kamerleden waren bezorgd over het mogelijke aantal besmettings- en sterftegevallen. De afgelopen dagen deden getallen van mogelijk tienduizenden overlijdensgevallen de ronde. “Getallen zijn ongelooflijk speculatief op dit moment”, zei Van Dissel. “Wat we kunnen doen is het zo goed mogelijk voorbereiden van de intensive carezorg in Nederland.”

Volgens Diederik Gommers van de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care, zijn de ziekenhuizen zo goed mogelijk voorbereid op een grote corona-uitbraak. Op dit moment zijn er 1150 intensive carebedden in Nederland, dat kan worden opgeschaald naar 2000 en zo nodig nog meer. In Noord-Brabant is het druk op de intensive care, terwijl er in het noorden van het land nauwelijks patiënten zijn. “We hebben het geluk dat de grootste uitbraak zich tot nu toe tot Brabant beperkt, daardoor kunnen andere ziekenhuizen zich goed voorbereiden.”

(Bron: Trouw)