Voor de eerste honderd huishoudens is de aanvraagprocedure van immateriële schadevergoeding bij het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) afgerond. Het ging om een pilotgroep. Met de opgedane ervaringen wordt de aanpak nu verder ontwikkeld. Vanaf medio november verwacht het IMG te starten met de uitvoering van de regeling voor de rest van de aanvragen.

De honderd uitgenodigde huishoudens werden geselecteerd op basis van waarschijnlijkheid dat er sprake is van leed en verdriet dat voor vergoeding in aanmerking komt. Minderjarigen maakten nog geen deel uit van de pilot. Met een totaal van 173 aanvragen op de eerste honderd huishoudens die werden uitgenodigd, lijkt de procedure in ieder geval in een behoefte te voorzien.

De regeling kent een vaste procedure die geheel digitaal kan worden doorlopen. Er loopt nu één procedure met een gezin waar sprake is van een maatwerkaanpak. Met hen wordt mede op grond van een gesprek de schade beoordeeld.

Er gelden vooraf vastgestelde vergoedingen. Alleen in zeer uitzonderlijke situaties wordt daarvan afgeweken. In totaal is er bij deze eerste groep van 100 huishoudens €428.500 vergoeding toegekend voor immateriële schade. Bij 37 procent werd een vergoeding van €1.500 per persoon toegekend, 33 procent kreeg €3.000 en 21 procent €5.000. Bij 9 procent van de aanvragen volgde een afwijzing.

De regeling voor Immateriële schade is bedoeld om door middel van een financiële vergoeding erkenning te bieden voor ernstig leed en verdriet. Er moet daarbij een directe relatie zijn met de bodembeweging door gaswinning in het Groningenveld en de gasopslag Norg. Voor schade zoals scheuren in muren, inkomensverlies en waardedaling van woningen kan al apart vergoeding worden gevraagd bij het IMG. De vergoeding van immateriële schade is een aanvulling daarop.