Robert Andriessen startte in 2005 in het personenschadevak door in het familiebedrijf te stappen, de Andriessen Expertise Groep. Eerst als letselexpert, steeds meer besturend en inmiddels al enige tijd als directeur. Binnen de groep vallen de bedrijven Andriessen Expertise, NXT Expertise en AVUS Nederland. Naast het familiebedrijf had hij zitting in het branchebestuur Personenschade van het NIVRE, het Platformoverleg van De Letselschaderaad en sinds 2020 is Robert bestuurslid van De Letselschade Raad, het overkoepelende orgaan van de letselschadebranche. Hij vertelt in dit interview over de ontwikkelingen van het personenschadevak, zijn persoonlijke groei en hij geeft zijn visie op de branche.

Door Martijn van Driel

Robert voltooide eind 2000 zijn rechtenopleiding aan de Universiteit Leiden en startte daarna als advocaat bij Houthoff in Rotterdam. Hij was actief op terreinen als het ondernemings- en transportrecht, aansprakelijkheid en verzekeringen. “Het werken bij een groot advocatenkantoor, dat sterk hiërarchisch was ingericht, was leerzaam en heeft mij mede gevormd. Ik werkte er met zeer gedreven juridisch specialisten in een competitieve omgeving. Het was een zeer nuttige tijd, maar ik ontdekte dat ik zelf meer een generalist ben en was op zoek naar een meer ‘open cultuur’.”

In het diepe
Toen kwam op enig moment de vraag van zijn vader: wat denk je ervan om in ons bedrijf te komen werken? “Dat was geen gemakkelijke beslissing, maar ik hoefde er ook niet lang over na te denken. Grote beslissingen neem je – na een afweging van voor- en nadelen – uiteindelijk op basis van je gevoel.”

In 2005 stapte Robert na veel gesprekken over naar het familiebedrijf. “Het grote verschil met het werk in de advocatuur is dat je als expert vaak al in een veel vroeger stadium betrokken bent. Als advocaat word je meestal pas ingeschakeld als er al ruzie is om met juridische argumenten je gelijk te halen.

Ik kreeg destijds een bestand overgedragen en werd in het diepe gegooid. Ook veel van geleerd. Ik dacht dat ik dat vak wel snel onder de knie had na vijf jaar advocatuur, maar dat bleek anders. Ik moest leren hoe je een zaak goed opbouwt: het medisch traject, de arbeidskundige kant, het rekenwerk, de sociale-zekerheidswetgeving die van toepassing is en het voeren van de regie over de schadebehandeling. Vakopleidingen waren er nog (vrijwel) niet. Ik ging veel met collega’s mee op pad, om verschillende professionele stijlen te ervaren. Zo deed ik de kennis en vaardigheden op die nodig waren om me te vormen tot een authentiek expert.”

mr. Robert Andriessen

Robert ervoer soms ook wel extra druk in die periode omdat hij in de voetsporen van z’n vader trad, met name wanneer er iets niet direct goed ging. “Iedereen heeft wel eens een minder moment, bijvoorbeeld als je iets hebt gemist bij een toedrachtsonderzoek. Dat je je hoofd zo nu en dan stoot hoort erbij, zeker in de beginfase. Durf ook te leren. Maar als je naam is verbonden aan het kantoor, levert dat soms wat extra druk op. Gelukkig kon ik met die druk wel goed omgaan.”

Geleidelijke bedrijfsovername
Op zoek naar een bredere basis dan alleen een studie Rechten volgde Robert in 2007 een masteropleiding Bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit met specialisatie ondernemerschap en innovatie. “Ik vond het van toegevoegde waarde om ook bedrijfskundige theorieën tot me te nemen. Ik had daarmee een handvat om in onze bedrijfsvoering heldere keuzes te maken. Het paste ook in de voorbereiding om de dagelijkse leiding van het bedrijf over te gaan nemen van mijn vader.

Het personenschadevak is en blijft een prachtig vak. Het stelt hoge eisen aan je kennis, vooral juridisch, maar ook medisch en rekenkundig. Het stelt ook hoge eisen aan de vaardigheden die je bezit. Kun je je in een ander verplaatsen, goed luisteren, goed communiceren? Je werkt met veel mensen samen en je moet in staat zijn om je werk goed te organiseren. Vanuit je eigen ontwikkeling en werkplezier is dat mooi, maar natuurlijk ook omdat je een positief verschil weet te maken in het leven van een ‘beschadigd mens’. En het is voor mij uiteindelijk nog mooier om dat met een bedrijf te kunnen doen waar we in al die onderdelen onze eigen lat heel hoog leggen.”

Na afronding van zijn Bedrijfskundeopleiding heeft er een geleidelijke overgang van taken plaatsgevonden, waarbij Rob steeds meer kon overdragen aan Robert. “Rob is voor mij nog steeds een belangrijke adviseur, waar ik dankbaar gebruik van maak. Hij heeft veel ervaring met het voeren van een bedrijf en heeft mensenkennis. Wij lijken in veel dingen op elkaar, maar hebben ook zeker verschillen. Vanuit vooral die verschillende zienswijzen ontstaan vaak heel mooie resultaten.”

Aanpassingen over de jaren
Robert ziet zowel overeenkomsten als verschillen in de manier van leidinggeven van z’n vader en hemzelf. “Wat sterk overeenkomt is onze drang naar de hoogste kwaliteit. We willen dat alles klopt en dat ons bedrijf het vooral wat beter doet dan andere. De verschillen tussen de aanpak van Rob en mij zijn onder meer het resultaat van de veranderde tijdsgeest. Rob werkte meer top-down, wat paste in die tijdsgeest, en in een kleinere organisatie. In deze tijd past vaak een andere leiderschapsstijl en het bedrijf kent inmiddels 34 experts en 87 medewerkers.

Ik werk nu in een managementteam, waarin drie geweldige mensen zitten met prachtige complementaire kwaliteiten. Wij bouwden een mooie organisatie ter borging van excellente dienstverlening , waarbij onze collega’s steeds gestimuleerd worden om zich te (blijven) ontwikkelen en voor hun zelf, onze klant en de benadeelde steeds het optimale eruit te halen.”

Robert heeft het expertisevak behoorlijk zien veranderen door de jaren heen. “De hedendaagse personenschade-expert is de regievoerder in een complexe omgeving van verschillende betrokkenen, meerdere inhoudelijke disciplines en verschillende belangen. Het is, nog meer dan vroeger, een intensieve baan. Alles is bovendien zichtbaar en meetbaar geworden. Dat geldt extra voor een expert aan de aansprakelijke zijde, want er wordt naar jou gekeken voor de oplossingen. Je werkt ook dicht tegen de benadeelde aan, het menselijke aspect speelt dus op de voorgrond mee. Emoties horen erbij (en eigenlijk ook noodzakelijk), maar dat brengt ook een bepaalde druk met zich mee, waar je mee om moet kunnen gaan. Je hebt echt een intrinsieke drive nodig om zulke complexe trajecten goed te kunnen begeleiden. Een goede expert is echt gegrepen door z’n vak. Ik ben dan ook echt onder de indruk van de mensen die bij ons werken en dat dagelijks voor elkaar krijgen.”

‘NXT generation’
Binnen de Andriessen Expertise Groep is er voor jonge professionals ruim de gelegenheid om zich in het expertisevak te ontwikkelen. Zij kunnen starten bij het bedrijfsonderdeel AVUS Nederland of NXT Expertise waar ze ‘binnen’ ervaring opdoen en veel bezoeken afleggen met (af)rapporteren, opleidingen volgen in de eigen Andriessen Academy en veel ervaring kunnen opdoen bij collega’s. Daarna bestaat de mogelijkheid om als expert door te groeien naar het bedrijfsonderdeel  Andriessen Expertise. “Wij bieden de mogelijkheid om vanuit de studiebanken tot senior personenschade-expert uit te groeien. Met interne en externe opleidingen, met heel veel ervaring van collega’s en een gezonde privé-werkbalans. Van uitvoerder naar regievoerder”.

Bij Andriessen Expertise bestaan de opdrachten uit complexe schades met een grote mate van diversiteit. Daarbij wordt vaak onderzoek gedaan naar de toedracht en aansprakelijkheid. “Denk daarbij aan bijvoorbeeld beroepsziekten, massaschaden, medische schaden en schaden die om welke reden dan ook lastig te bepalen zijn. Het gaat daarbij dus om maatwerk. Hoe complexer de schade, hoe belangrijker het is dat de regie bij één professional komt te liggen. En die professional moet, als er een aansprakelijke partij is, uiteindelijke diegene zijn die verantwoordelijk is voor het oplossen van het probleem, dus die aansprakelijke partij zijn. Dat betekent niet dat de aansprakelijke partij niet zou moeten worden gecontroleerd op zijn redelijk en integer handelen, daarvoor hebben we in Nederland de belangenbehartiger. Die regievoerende professional moet ook diegene zijn die in persoonlijk contact staat met betrokkene als eigenaar van het probleem, dus als er een aansprakelijke partij is, een expert of buitendienstmedewerker. Van achter het bureau kun je onvoldoende connectie maken met mensen en dat is – begrijpelijkerwijs, zet je zelf eens in die positie – essentieel naarmate het letsel en/of de schade complexer wordt. Deze permanente interactie vraagt niet alleen om kennis, maar zeker ook om vaardigheden.”

Kwaliteit voor kwantiteit
Het hebben van een eigen Andriessen Academy is mooi, maar goed opgeleide en ervaren mensen zijn in de huidige tijd schaars. “Het vereist dat je de beste werkomgeving biedt die er te krijgen is. Dat gaat verder dan de arbeidsvoorwaarden en opleidingsmogelijkheden. Humor, eigenheid en ondernemerschap stimuleren, een team zijn waarbij we elkaar steunen. Mogelijkheden bieden in de werk-privébalans en IT ondersteunend houden aan de mens.”

Gevraagd naar de doelstellingen van de onderneming zegt Robert: “Binnen de Andriessen Groep werken nu ongeveer 87 mensen binnen de drie labels. Onze opdrachtgevers werden steeds groter en diverser, waardoor het aantal opdrachten steeds verder is toegenomen en dat zal continueren. Wij zijn een klantgerichte onderneming, dus ontwikkelen we met onze opdrachtgevers mee. Ons dienstenpallet is door diversificatie ook steeds breder geworden en ook dat zal zich verder blijven ontwikkelen. In tegenstelling tot andere partijen blijven wij dat doen als een onafhankelijke onderneming met een familie als aandeelhouder die is gericht op menselijkheid (in tegenstelling tot winstmaximalisatie) en kwaliteit. Wij zijn er trots op dat er steeds meer uitstekende, nieuwe collega’s in deze arbeidsmarkt zich hiertoe aangetrokken voelen en zich bij onze mooie en hechte club voegen.”

Verbetermogelijkheden
Robert ziet dat er in de personenschadebranche ook nog wel de nodige uitdagingen liggen. “In Nederland worden letselschades nog altijd in een twee-kolommenmodel afgewikkeld, met aan de ene kant de benadeelde partij en aan de andere kant de voor die benadeling aansprakelijke partij. Aan de ene kant een maximalisatie van het individuele belang en aan de andere kant een focus op generieke optimalisatie van het totale afwikkelingsproces, waarbij ook gekeken wordt naar betaalbaarheid en efficiency. Het huidige systeem van letselschade-afwikkeling voldoet nog niet en ik zal een paar voorbeelden geven.

Diegene die het probleem geacht wordt op te lossen (de aansprakelijke zijde) mag niet direct communiceren met diegene wiens probleem hij moet oplossen! Dat moet – behoudens procesberichten – steeds via een belangenbehartiger. Dat dat minder tevreden benadeelden oplevert, lijkt mij overduidelijk en zie ik als een systeemfout. Uiteraard moeten benadeelde partijen er op kunnen vertrouwen dat aansprakelijke partijen helder, inzichtelijk en open communiceren over hun handelen en daarvoor is de controle van een belangenbehartiger van toegevoegde waarde, maar als je dat borgt, zou er directe communicatie tussen beide partijen mogelijk moeten zijn om het probleem zo goed mogelijk en samen op te lossen. 

Nog eentje. Letselschade is schade aan een mens. Als je die schade wilt herstellen of compenseren, zal je dus op de hoogte moeten zijn van dat letsel. Schade en medisch zijn hier niet te scheiden. Maak de informatie over dat letsel dan ook beschikbaar voor de probleemoplosser. Dus niet alleen de medische informatie bij de belangenbehartiger en advocaat (naast de medici), maar ook bij de aansprakelijke zijde. En ja, met borging van privacy, zonder ‘fishing expeditions’ en zonder medische interpretaties van een niet-medicus. Borg dat, maar onthoud geen essentiële informatie aan personen die mede verantwoordelijk zijn voor de schadeafwikkeling. Ik pleit daarom voor herinvoering van de “functionele eenheid”, waarbinnen schade- en medische informatie gedeeld kunnen worden met elkaar.

Tot slot. Elk jaar lijkt er wel weer een nieuwe soort professional bij te komen die het letselschadeslachtoffer vanuit zijn eigen niche ‘wil bedienen’ en daarin vaak ook weer regie wil voeren. We knippen de afwikkeling van personenschade steeds meer op in kleine deelgebiedjes met als gevolg onoverzichtelijkheid voor vooral betrokkene zelf, maar ook procesvertragingen, fouten in communicatie en steeds hogere kosten. Houd het simpel in een toch al vervelende situatie. Een jurist (aansprakelijkheid en schade) en een medicus (gevolgen en herstel) werken samen om iemand zo goed mogelijk zijn leven te laten vervolgen en om zijn geleden schade te vergoeden. Overige ‘hulpdiensten’ alleen gericht, uitvoerend en ad hoc inzetten bij onvoldoende kennis of kunde van de primaire partijen.”     

Oproep
Robert zet zich vanuit zijn positie(s) graag in voor deze uitdagingen. “We komen er wel. Maar niet zonder inzet van alle professionals in de markt en ik doe daarmee hierbij ook een oproep aan alle bedrijven en personen in onze markt, om zich, naast hun eigen belang, ook in te zetten voor het gemeenschappelijk belang binnen de eigen of overkoepelde vak- en beroepsorganisaties.”