De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft sinds 2018 ruim 400 meldingen ontvangen over seksueel grensoverschrijdend gedrag in de jeugdzorg. In de helft van de 414 gevallen is de vermeende dader een andere jongere en in bijna een kwart van de voorvallen is het een hulpverlener. Dat blijkt uit onderzoek van radioprogramma Argos (Human/VPRO).

Alle zorginstellingen – van ziekenhuis tot jongerenopvang –  zijn verplicht om vermeend seksueel grensoverschrijdend gedrag bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) te melden. In de periode 2018 tot april dit jaar gebeurde dat 414 keer over jongeren die op het moment van melden jeugdhulp kregen. 

De aard van de meldingen varieert van seksueel getinte Whatsapp-berichten tot aanranding en verkrachting. Om hoeveel jongeren het precies gaat is op basis van de meldingen alleen niet te zeggen. Een melding kan over meerdere slachtoffers gaan. Ook melden een zorginstelling en een ouder soms hetzelfde incident, waardoor dubbelingen kunnen ontstaan. In enkele gevallen gaat de melding niet over het kind zelf, maar bijvoorbeeld over een relatie tussen een hulpverlener en een ouder van een kind in jeugdzorg. Dat mag niet en de melding krijgt daarom ook het label seksueel grensoverschrijdend gedrag.

Glijdende schaal
Een aanzienlijk deel van de 414 meldingen gaat over ontoelaatbaar gedrag door hulpverleners. Volgens Inspecteur Selini Roozen (IGJ) zijn dit vaak hulpverleners die maar iets ouder zijn dan de jongeren aan wie ze zorg verlenen. Roozen: “Dat zijn soms stagiaires of een jonge jeugdzorgwerker die verliefd wordt op iemand aan wie hij of zij zorg verleent en zelf ook nog volop seksueel in ontwikkeling is. Dan zie je een glijdende schaal waarbij een zorgverlener in eerste instantie een vriendschapsverzoek via sociale media accepteert. Er wordt wat uitgewisseld. Ze zeggen: ‘zullen we een keertje samen koffiedrinken?’ Vervolgens ontstaat er een vriendschap die uiteindelijk uitmondt in seksueel grensoverschrijdend gedrag.”
 
Een kleiner deel van de meldingen gaat volgens Roozen over hulpverleners die doelbewust kinderen misbruiken. “Er zijn mensen die bijvoorbeeld al eerder in een andere sector hebben gewerkt en daar ook slachtoffers hebben gemaakt. Bijvoorbeeld iemand die in het onderwijs heeft gewerkt, daarna in de zorg gaat werken en dan iemand seksueel misbruikt.” Volgens Roozen zijn slachtoffers soms hele jonge kinderen. “Vanaf zeven, zelfs nog jonger. Maar het komt ook voor dat het gaat om een jeugdige van bijvoorbeeld 16.”

(Bron: Argos)