Onderzoeksprogramma Zembla heeft volgens de Raad voor de Journalistiek in februari journalistiek onzorgvuldig gehandeld in berichtgeving over de betrokkenheid van Rijkswaterstaat bij een storting van granuliet, meldt de NOS.
Zembla meldde in februari dat de top van Rijkswaterstaat eind 2019 het Amsterdamse bouwbedrijf Bontrup heeft toegestaan duizenden tonnen afvalstoffen in een natuurplas in Gelderland te dumpen. Oud-minister van Buitenlandse Zaken Halbe Zijlstra zou daarbij een belangrijke rol hebben gespeeld. De berichtgeving van Zembla over de zaak, zo oordeelt de onafhankelijke raad nu in een ongekend harde uitspraak, was “eenzijdig, onevenwichtig en tendentieus”. Volgens de raad werd het Amsterdamse bouwbedrijf Bontrup in de uitzending van strafbare feiten beschuldigd door deskundigen en werd dit onvoldoende genuanceerd. Ook kreeg Bontrup volgens de raad niet genoeg ruimte om te reageren.
Zembla, dat ook stevige uitzendingen over de letselschadepraktijk maakte, was volgens de raad ook in uitzending over witwaspraktijken onzorgvuldig. In januari concludeerde ze dat Zembla onzorgvuldig had gehandeld. Toen ging het om Bankieren voor Moskou, een uitzending uit 2018 over vermeende betrokkenheid van Nederlandse banken en ondernemingen bij internationale witwaspraktijken. Het onderzoeksprogramma had volgens de raad de privacy van een mogelijk betrokkene geschaad.
Aan vonnissen van de raad zijn geen juridische consequenties verbonden. Wel is er sprake van reputatieschade voor het programma dat zichzelf profileert als een objectief onderzoeksprogramma.