De handelaren en leveranciers van lachgas in Nederland hebben een gedragscode en keurmerk opgesteld om de distributie en verkoop van het roesmiddel veiliger te maken. De gedragscode moet het vertrouwen in de sector herstellen en het negatieve imago wegwerken, zo schrijft de Branchevereniging Verantwoordelijke Lachgas Leveranciers (BVLL) in een brief aan staatsecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid, CU).
Eind december besloot Blokhuis dat handel, bezit en productie van recreatief lachgas verboden moest worden. Lachgas was in een paar jaar gemeengoed geworden onder jongeren, volgens het Trimbos-instituut, en het aantal incidenten steeg rap. Blokhuis wilde dat het roesmiddel op lijst 2 (zoals wiet, hasj en zware medicijnen) van de Opiumwet geplaatst werd, maar – onder meer – zijn coalitiegenoten VVD en D66 voelden daar weinig voor. Zijn initiatief haalde geen meerderheid in de Tweede Kamer.
Lachgas moet zuiver zijn
Een keurmerk en gedragscode zijn, volgens de brancheorganisatie, een goed alternatief voor een verbod. Lachgas met een keurmerk moet aan strikte regels voldoen, volgens de BVLL. Het gas moet zuiver zijn. Het mag niet onder 18 jaar verkocht worden. Het wordt uitsluitend geleverd aan bedrijven die bij de Kamer van Koophandel staan ingeschreven. En er moet uitvoerig voorlichting geven worden over het product. Ook wil BVLL in voorlichtingscampagnes wijzen op het gevaar van lachgasgebruik in het verkeer – de politie zag het aantal incidenten na een ballonnetje lachgas enorm toenemen.
Het merendeel van de verkopers, producenten en importeurs van lachgas schaart zich achter het initiatief, volgens Hans Cornelissen van BVLL. Zij zijn samen goed voor de verkoop van ongeveer 90 procent van het recreatief gebruikte lachgas in Nederland, zegt hij. Cornelissen hoopt dat het initiatief alle handelaren over de streep trekt om aan te haken. “Het zijn vaak jongens uit achterstandswijken die hun bestaansrecht uit lachgasverkoop halen. Het zou fijn zijn als zij door regelgeving op een nette manier door kunnen gaan, waardoor ze zich medeburger voelen.”
Drugscriminelen
Lachgas steeg vier jaar geleden snel in populariteit. Door een besluit van het Europese Hof viel lachgas niet meer onder de Geneesmiddelenwet, maar onder de Warenwet. Het hoefde daardoor niet meer aan strenge verkoopregels te voldoen; handel in het gas werd gelegaliseerd. Maar die handel verhardde snel, omdat er veel geld in verdiend kan worden. Zo signaleerde de politie dat drugscriminelen ook een graantje mee wilden pikken. En er waren verscheidene ripdeals: verkopers werden beroofd van hun gastanks, soms onder bedreiging van een vuurwapen.
Dat komt, volgens Cornelissen, doordat lachgas vaak ’s nachts verkocht wordt en verkopers geregeld afspreken op verlaten parkeerterreinen en daar handje contantje afrekenen. Dat brengt gevaren met zich mee. “Daar moeten we wat tegen doen. Door deze jongens voor te lichten, kunnen excessen voorkomen worden.” Lachgas is een funproduct, zegt Cornelissen, waar je veel plezier aan kunt beleven: “We zijn klaar met cowboys die het voor de rest van de sector verpesten.”
(Bron: NRC)