Een Franse rechtbank heeft vliegtuigbouwer Airbus en luchtvaartmaatschappij Air France vrijgesproken van dood door schuld in verband met het neerstorten van een passagiersvliegtuig in 2009 in de Atlantische Oceaan. De bedrijven zijn wel civielrechtelijk aansprakelijk.

De A330 van Air France was met 216 passagiers en 12 bemanningsleden onderweg van Rio de Janeiro naar Parijs toen het kort na vertrek neerstortte. Alle inzittenden kwamen om. Het toestel en de zwarte dozen werden twee jaar later pas teruggevonden op een diepte van 4000 meter.

Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat meerdere factoren een rol hebben gespeeld, waaronder fouten van de bemanning in de cockpit en ijsvorming op sensoren aan de buitenkant van het toestel. Door dat laatste kreeg de bemanning onjuiste informatie over de vliegsnelheid binnen.

Volgens de rechtbank zijn de vliegtuigbouwer en de luchtvaartmaatschappij weliswaar nalatig en onvoorzichtig geweest, maar is er geen direct verband aangetoond tussen de ramp en fouten die ze hebben gemaakt. Om tot een veroordeling te komen, is zo’n direct verband wel noodzakelijk. Ook de aanklagers hadden daarom om vrijspraak gevraagd.

Wel aansprakelijk
De rechtbank houdt de vliegtuigbouwer en luchtvaartmaatschappij civielrechtelijk wel aansprakelijk. Ze moeten de nabestaanden van de slachtoffers schadevergoedingen betalen. Hoe hoog die zullen zijn, wordt later dit jaar in aparte procedure bepaald.