Oud-dwangarbeiders uit de Tweede Wereldoorlog krijgen geen erkenning van de Nederlandse Spoorwegen. Dat heeft de NS laten weten aan de Stichting Dwangarbeiders Apeldoorn, die om erkenning had gevraagd.

De NS trok eerder dit jaar 40 tot 50 miljoen euro uit om overlevenden van de Holocaust en hun nabestaanden tegemoet te komen, maar verzetsmensen en dwangarbeiders zijn daar van uitgesloten. De regeling geldt alleen voor Joden, Sinti en Roma op wie doelbewust genocide is gepleegd. Maar al snel nadat de NS de tegemoetkoming bekendmaakte, protesteerden nabestaanden van onder meer oud-dwangarbeiders uit Apeldoorn.

De Stichting Dwangarbeiders Apeldoorn schreef daarom een brief naar de NS. De stichting is opgericht ter herinnering aan de razzia’s die eind 1944 in Apeldoorn plaatsvonden. Duizenden Apeldoorners werden toen weggevoerd naar werkkampen in Duitsland, waarvan zo’n 800 met de trein naar Kamp Rees.

Doelbewuste genocide
De NS heeft de stichting laten weten vast te houden aan de door Commissie Individuele Tegemoetkoming Slachtoffers WO Il-Transporten NS geadviseerde regeling, dus alleen voor Joden, Sinti en Roma op wie doelbewust genocide is gepleegd. Zij kunnen aanspraak maken op een schadevergoeding. De regeling geldt bovendien voor betaalde transporten die door de NS vóór de spoorwegstaking in september 1944 zijn uitgevoerd. De Apeldoornse dwangarbeiders werden eind 1944 getransporteerd door de Duitsers.

Onbegrijpelijk
Voorzitter Arend Disberg van de Apeldoornse stichting is teleurgesteld in het besluit. “Ik heb er alles aan gedaan.” De commissie zegt over het besluit: “Het uitsluiten van bepaalde groepen bij deze regeling kan voor betrokkenen en hun nabestaanden dan ook onbegrijpelijk overkomen. De Commissie is zich daar zeer van bewust.”

(Bron: Omroep Gelderland)