Het Gerechtshof Den Haag heeft in hoger beroep het eerder door de deelgeschilrechter toegekende smartengeld van twee ton verlaagt naar 135.000 euro. Volgens het Hof is weliswaar sprake van een ernstig verwijtbare medische fout met grote gevolgen, maar een smartengeldvergoeding van twee ton acht het Hof niet billijk.

MediRisk heeft namens een ziekenhuis aansprakelijkheid erkend voor een medische fout van een uroloog vanaf 2 juli 2008. Door een verwijtbaar delay daalde de overlevingskans van de patiënte, met een tumor in de nier met uitzaaiingen, van 92 procent in juli 2008 naar dertien procent in juni 2013. De deelgeschilrechter kende twee ton smartengeld toe.

MediRisk stelde in het hoger beroep: “Dat de laatste jaren sprake is van een zekere opwaartse druk van het smartengeld met betrekking tot de ernstigste categorie letselschades door een fout is juist. Dat laat naar de mening van MediRisk onverlet dat het door de deelgeschilrechter toegewezen smartengeldbedrag van 200.000 euro (niveau 2010) gezien alle omstandigheden van het geval, waaronder ook andere rechterlijke uitspraken in vergelijkbare gevallen, te hoog is en dat zij een onjuiste gevalsvergelijking heeft toegepast.” Het Hof volgde deze redenering en matigde het smartengeldbedrag naar 135.000 euro.

(Bron: VVP)