Slechts een beperkt deel van de donorkinderen van de voormalige kliniek Bijdorp in Barendrecht kan een schadeclaim indienen. Volgens de rechter in Rotterdam zijn de meeste zaken verjaard.

In totaal hebben zich 49 donorkinderen en hun ouders gemeld bij de rechter. Zij vinden dat directeur Jan Karbaat destijds grote, onherstelbare fouten heeft gemaakt. Karbaat is in 2017 overleden. Eventuele schadeclaims komen bij zijn erven terecht.

Bij dertig eisers (donorkinderen en ouders) zegt de rechter dat de zaken te oud zijn, omdat het langer dan twintig jaar geleden is gebeurd. In die gevallen is het voor de erven Karbaat ook lastig om verweer te voeren en oude stukken naar boven te halen. Saillant is wel dat Jan Karbaat aantoonbaar een slechte administratie bijhield in zijn vruchtbaarheidskliniek.

Negentien eisers maken nog wel kans. Zij moeten dan per individueel geval duidelijk maken wat de schade is en hoe hoog het schadebedrag moet zijn. De rechter gaat dan in een latere procedure beoordelen of er sprake was van grove fouten in de kliniek en of de erven-Karbaat daarvoor aansprakelijk kunnen worden gesteld. De schadeclaims hebben onder meer te maken met medische kosten, het verrichten van DNA-tests en smartengeld.

Eigen zaad
Jan Karbaat kwam in het nieuws toen bleek dat hij zijn eigen zaad heeft gebruikt voor het verwekken van de donorkinderen. Het zou gaan om minstens 77 kinderen. Door de gebrekkige administratie en organisatie zouden andere donoren onvoldoende zijn gescreend. Daardoor zou niet goed zijn gelet op erfelijke afwijkingen. Meerdere donorkinderen hebben aangegeven dat zij chronische, medische ziekten hebben.

Onlangs werd bekend dat Jan Karbaat ook door enkele vrouwen wordt beschuldigd van seksueel misbruik in de kliniek. Zij doen hun verhaal in de driedelige tv-documentaire Het Zaad van Karbaat.

De voorlopige beslissing van de rechtbank Rotterdam over de schadeclaims is hier te lezen. Zowel de eisers als de erven kunnen een reactie geven. De verwachting is dat er in de zomer van 2021 een nieuwe zitting komt.

(Bron: Rijnmond)