Het zal je maar overkomen, je wordt door meerdere mensen mishandeld. Het is voor jou niet duidelijk wie wat heeft gedaan en wie welke schade heeft veroorzaakt. Wat doe je dan? Je stelt ze allemaal aansprakelijk. Dat dat kan blijkt uit een recente uitspraak van de rechtbank Rotterdam.
Door mr. Mariska Kamsteeg
Op 2 december 2018 heeft er een confrontatie plaatsgevonden in het portiek van de woning van eiseres tussen de eiseres en twee andere personen. Eiseres stelt dat ze is geduwd door persoon 1, is gevallen en daarna hard is geslagen met gebalde vuisten door persoon 2. Na de confrontatie is eiseres naar de spoedeisende hulp gebracht. Bij dat bezoek is een zwelling aan de buitenzijde van de rechter enkel en een schaafwond op de oorschelp geconstateerd.
Het geschil
Eiseres wil haar (materiële en immateriële) schade verhalen op beide aanvallers. Daarvoor heeft ze hen allebei aansprakelijk gesteld. Eiseres vindt dat, omdat zij eerst door persoon 1 is geduwd, ook persoon 2 aansprakelijk is voor de schade die door het slaan van persoon 2 is ontstaan. Persoon 1 is niet naar de zitting gekomen. Persoon 2 ontkent alleen dat hij eiseres heeft aangeraakt.
Het juridisch kader
Het is mogelijk om meerdere personen aansprakelijk te stellen voor schade door geweld, ook als onduidelijk is wie van de groep de schade heeft veroorzaakt of niet iedereen zelf betrokken was bij het geweld. Dat staat in artikel 6:166 Burgerlijk Wetboek (BW). Voor aansprakelijkheid op grond van art. 6:166 BW gelden als hoofdvereisten dat sprake is van i) deelname aan ii) gedragingen waarvan de kans op het aldus toebrengen van schade de deelnemers had behoren te weerhouden daarvan, en die in iii) groepsverband hebben plaatsgevonden en die deelname aan de deelnemer iv) toerekenbaar is. Indien aan al deze vereisten is voldaan is de individuele deelnemer aansprakelijk voor de schade die door één van de deelnemers is toegebracht. Voor aansprakelijkheid van een deelnemer is dus niet vereist dat hij zelf schade heeft toegebracht.
Wat vindt de rechter?
Tussen het duwen van persoon 1 en het slaan van persoon 2 bestaat een zodanige samenhang dat deze gedragingen als moeten worden gezien als gedragingen in groepsverband. Het zijn geen twee losstaande dingen. Persoon 1 had moeten begrijpen dat dit groepsoptreden het gevaar op het ontstaan van letsel bij eiseres in het leven riep en heeft hij door zijn actieve bijdrage, bestaande uit het op de grond duwen van eiseres, schuld daaraan. Dat betekent dat zijn deelname aan het groepsverband toerekenbaar is. Omdat aan alle vereisten van artikel 6:166 BW is voldaan, is persoon 1 ook aansprakelijk voor de schade die door persoon 2 (het slaan) is ontstaan.
Over persoon 1 zegt de rechter bijna niets. Als jij in een civiele procedure namelijk niet verschijnt op de zitting, dan hoeft de rechter alleen te beoordelen of de vordering hem niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt. Dat is een korte (marginale) toets. Dit in tegenstelling tot de strafrechter, waar de rechter ook als jij niet verschijnt uitgebreid zal toetsen of de eis van de officier van justitie terecht is.
Conclusie
Als slachtoffer van een groepsmishandeling is het niet altijd makkelijk om te bewijzen wie welke schade heeft veroorzaakt. Maar dat hoeft dus ook niet! Uit de wet volgt dat als aan vier voorwaarden zijn voldaan iedereen voor de hele schade aansprakelijk is. Wie welk deel moet betalen, moeten de mishandelaars onderling maar bepalen. Als slachtoffer heb jij het recht om jouw volledige schade op één mishandelaar te verhalen, bijvoorbeeld degene met de beste baan.
(Bron: Jeroen Bosch Advocaten)