Advocaat letselschade Guido van der Corput schrijft in dit artikel over een val van een fietser op een hellingbaan van een appartementencomplex, waarvoor de Vereniging van Eigenaren aansprakelijk is.

Inmiddels ben ik alweer een tijd advocaat. Eigenlijk is er vrij weinig veranderd qua werkzaamheden in vergelijking met de periode voordat ik advocaat werd (februari 2020). Het grootste verschil is dat je sociale leven een knauw krijgt: naast het blokken voor examens heb ik natuurlijk ook twee kinderen, een vrouw en vrienden die ik aandacht wil geven.

Maar het is het waard. Het grootste verschil is dat ik als advocaat kan procederen op het moment dat het nodig is. Het liefst voer ik geen procedures, aangezien dat vaak een enorme belasting geeft voor een slachtoffer. Soms kan het niet anders. Een verzekeraar of wederpartij kan gewoonweg vast blijven houden aan zijn of haar gelijk, ondanks dat de aansprakelijkheid naar mijn mening klip en klaar is.

Zo ook in de zaak van een cliënte, die ik vanwege privacy in dit stuk Sandra noem.

Uitglijden met fiets op hellingbaan
Sandra woont sinds 10 januari 2019 in een mooi appartementencomplex in Den Bosch.

Op 6 februari 2019 kwam zij met haar fiets terug uit het centrum van Den Bosch. Zij wilde haar fiets, net als de keren hiervoor, in haar kelderbox plaatsen. Zij reed vervolgens met haar fiets, via de helling naar beneden. Plotseling ging ze onderuit op het tussenplateau. Een getuige heeft haar vervolgens naar het ziekenhuis gebracht, waar bleek dat ze onder meer een ernstige bovenarmbreuk had opgelopen. Na een operatie volgde een lange revalidatie. Helaas herstelde zij niet volledig van haar letsel.

Zie afbeelding 1 voor de situatie van de helling naar de kelderboxen vlak na het ongeval van cliënte.

Pure pech denk je in zo’n geval. Dat is ook het eerste wat mijn cliënte dacht. Maar zowel de getuige als meerdere bewoners van het appartementencomplex vertelden haar dat zij de zoveelste was die op deze plek was gevallen. Wat gek dat er dan niet voor wordt gewaarschuwd, toch?

VvE aansprakelijk?
Met mijn cliënte besloot ik de Vereniging van Eigenaren (VvE) aansprakelijk te stellen voor de schade. De VvE, een orgaan waarin bewoners van het complex allerlei gezamenlijke onderwerpen regelen qua onderhoud en dergelijke, bleek al jaren eerder over de helling te hebben gesproken.

Sandra hoorde dat de gevaarlijke situatie al in november 2015 was besproken tijdens een algemene ledenvergadering van de VvE. Er werd besloten een offerte op te vragen om het plateau en de hellingbaan op te ruwen, zodat deze niet meer glad was. Deze offerte vond de VvE te duur én de parkeergarage zou tijdens de werkzaamheden tien dagen niet kunnen worden gebruikt. Daarom besloot de VvE niets aan de situatie te doen. Wél riep het bestuur bewoners op voorzichtig te zijn met gladheid en regen.

Geen maatregelen, wel valpartijen
Drie jaar lang werden er geen andere maatregelen genomen. Ondertussen bleven er op de hellingbaan en het plateau mensen vallen.

Toen Sandra in januari 2019 verhuisde naar de nieuwe woning, waarschuwde niemand haar voor de gladde helling naar de kelderboxen. Zij wist dus niets over deze gevaren toen zij op 6 februari 2019 onderuit ging en blijvend letsel opliep.

Na de val van Sandra werd er een waarschuwingsbordje opgehangen en nog later werd ook de gehele toegangsweg aangepast mét een erg grote waarschuwing voor fietsers (zie foto 2 en 3).

Oorspronkelijke route
Wat verder in deze casus van belang is, is dat de toegangsroute voor fietsers naar de kelderbergingen niet via de oorspronkelijk bedachte route kon plaatsvinden. Deze was namelijk veel te stijl en het gootje (waar je de band van de fiets in zet) was te dicht tegen de zijmuur geplaatst. De VvE had na de oplevering van het complex (in 2012) bedacht dat fietsers in het vervolg via de auto-ingang moesten rijden. Deze ingang had een hellingbaan die uitkwam op een plateau. Daarna volgde nog een helling. De hellingbaan is wel enigszins steil, maar niet zo erg dat het gevaarlijk lijkt.

Heldere zaak?
U zult denken: dit is een vrij simpele casus. De VvE wist van de situatie en besloot er niets aan te doen. Dan moet je toch ook instaan voor de gevolgen die daaruit voortvloeien? Onder voorwaarden is dat natuurlijk ook zo. Maar hoe het ook zij: de verzekeraar en haar advocaat bleven de aansprakelijkheid afwijzen.

Zij stelden dat de VvE niet bekend was met valpartijen. Als ze al bekend waren, dan ging het om een valpartij met hoogstens een schaafwondje. Verder was de parkeergarage opgeleverd conform Bouwbesluit en dus niet gevaarzettend. Tot slot vond de VvE dat aanpassen van de helling te duur was en dat waarschuwen niets zou opleveren.

Hoewel het op het eerste gezicht een simpele zaak lijkt, moet je dit als advocaat ook nog beoordelen op de juridische uitgangspunten. Het kan namelijk zo zijn dat een zaak op basis daarvan toch een andere uitkomst kan hebben. De rechter toetst deze beoordeling en zo ook in dit geval.

Kelderluikcriteria
In deze casus kon er aansluiting worden gezocht bij de ‘kelderluikcriteria’. Deze criteria vloeien voort uit een arrest van de Hoge Raad van 5 november 1965 (NJ 1996/136). De vraag of gevaarzetting in dit geval wel of niet onrechtmatig was, hangt dan met name af van:

  • hoe waarschijnlijk was het dat gebruikers van de parkeergarage niet de vereiste
    oplettendheid en voorzichtigheid in acht zouden nemen,
  • hoe groot was de kans dat dit tot ongevallen zou leiden,
  • hoe ernstig zouden de gevolgen van zo’n ongeval kunnen zijn, en
  • hoe bezwaarlijk was het voor de VVE om veiligheidsmaatregelen te nemen.

Rechter oordeelt dat de VvE onrechtmatig heeft gehandeld
De rechter oordeelde dat aan deze criteria was voldaan en dat de VvE onrechtmatig heeft gehandeld.

De VvE vond dat er geen gevaarzettende situatie was, want de parkeergarage en daarmee de helling en het plateau zelf, waren volgens Bouwbesluit opgeleverd. Wat de VvE hier vergeet, is dat deze ingang oorspronkelijk niet bedoeld was voor fietsers, dus de vraag is of de helling en het plateau ook voor fietsers voldoen aan het Bouwbesluit. Daar was geen onderzoek naar gedaan toen deze ingang voor fietsers werd opengesteld. De rechter vond dit overigens niet relevant, aangezien óók op een hellingbaan die wél geschikt is voor fietsers een gevaarzettende situatie kan voordoen.

VvE wist wél van valpartijen
De VvE stelde niet bekend te zijn geweest met valpartijen en mocht dat al zo zijn, dan waren dat vrij lichte valpartijen met hoogstens een schaafwond. Zij vond dat ze daarom geen waarschuwingsmaatregelen (vanwege de onbekendheid van valpartijen) had hoeven te nemen. Deze vlieger gaat niet op: De VvE wist wel degelijk dat er mensen waren gevallen (personen in het bestuur van de VvE zaten zelfs in de bewonersapp waar dit soort dingen werden gedeeld). Of deze valpartijen ernstig waren maakt niet uit: het was namelijk voor de VvE ernstig genoeg om een offerte op te vragen om de helling en het plateau op te ruwen. Sandra kon daarnaast aantonen dat er meerdere valpartijen waren geweest met o.m. gescheurde kruisbanden en een gebroken schouder tot gevolg.

Niets doen is geen optie
De rechtbank vond overigens wel dat de VvE een punt had de dure offerte af te wijzen, mede gelet op het feit dat de parkeergarage tien dagen niet gebruikt had kunnen worden. Tegelijkertijd bevestigde de rechtbank de stelling van Sandra dat de VvE ook meerdere (goedkopere) offertes kon opvragen of alternatieve maatregelen had kunnen nemen (zoals een waarschuwingsbordje ophangen).

Daarnaast vond de VVE dat waarschuwen überhaupt geen effect zou hebben. De rechtbank verwerpt ook dit verweer: Dat Sandra mogelijk zou zijn doorgereden betekent nog niet dat Sandra dan ook zou zijn gevallen. De rechtbank vindt het aannemelijk dat een
duidelijke waarschuwing aan fietsers voor gladheid bij nat weer zou hebben geleid tot grotere oplettendheid bij Sandra.

Hoe nu verder?
Na bijna drie jaar getouwtrek over de aansprakelijkheid is er eindelijk duidelijkheid en heeft Sandra gelijk gekregen. Dit geeft niet alleen duidelijkheid over het feit dat de verzekeraar de schade moet betalen, maar nog belangrijker is dat Sandra nu eindelijk de erkenning krijgt dat de VvE anders had moeten handelen.

Nu is het aan alle partijen om de schade verder in kaart te brengen.

De uitspraak kunt u hier lezen.

(Bron: Berntsen Mulder Advocaten)