De kwaliteit van arbeidsongeschiktheidsbeoordelingen door het UWV is onder de maat. In meer dan de helft van de gevallen zijn de onderzoeken onzorgvuldig, worden medische gegevens niet geraadpleegd of zijn conclusies over inzetbaarheid niet juist. Daarover schrijft het AD.
Het UWV controleerde haar eigen functioneren in 2023 met een steekproef 293 dossiers. Een van de onderdelen die werd getoetst, is de urenbeperking: hoeveel kunnen mensen nog werken? Dit is bepalend voor het uiteindelijke arbeidsongeschiktheidspercentage. In meer dan de helft van de gevallen gaat dit niet goed. Onder andere omdat niet bekend is of er goed onderzoek is gedaan door de verzekeringsarts en medische gegevens niet volledig zijn opgevraagd.
Cliënten van het UWV krijgen een beoordeling als ze te maken krijgen met de WIA (wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen). Uit het onderzoek naar duurbelastbaarheid WIA blijkt dat er alle reden is om te twijfelen aan de uitkomsten van die beoordelingen. Volgens de onderzoekers werden de meeste fouten gemaakt bij telefonische spreekuren en bij mensen met psychische stoornissen. In bijna acht op de tien gevallen is het eindoordeel bij telefonische beoordelingen niet geloofwaardig, zo staat in het rapport.