De politie in Zutphen nodigde recent burgers uit om met de politie mee te rijden tijdens rijvaardigheidstrainingen. Dit om hen te bedanken voor het doorgeven van tips en beelden die politieonderzoek hielpen. Maar ook om meer inzicht te geven in het complexe beroep als agent. De Stentor reed ook mee terwijl agenten de kunst van veilig hard rijden verfijnden.
Hoofdagent Amanda zoeft soepel over kronkelige provinciale wegen rondom Borne, in Twente. Onder haar strakke en donkere paardenstaart speurt ze geconcentreerd naar kansen voor verkeersgevaar. Bekende voorbeelden zijn uitritten en geparkeerde auto’s waar plotseling iemand kan uitstappen. Opeens gaat ze links rijden, terwijl er niemand voor haar rijdt om in te halen.
“Goed gezien,’’ bromt Amanda’s instructeur en operationeel begeleider Michel Menning tevreden. “Aan de rechterkant heb je allerlei uitritten waar opeens weggebruikers vandaan kunnen komen die niet goed opletten’’, legt hij uit. “Aan de linkerzijde heb je alleen maar weiland. Zolang er geen tegenliggers zijn, is het veiliger om daar te rijden. We betalen toch wegenbelasting voor de hele weg?’’
Menning onderbreekt zijn mijmering abrupt. “We hebben een melding van een agressieve klant bij een tankstation 8 kilometer verderop. Het is geen prio1-melding, dus nog geen toeters en bellen (sirenes en zwaailichten, red.), maar je hebt wel vrijstelling.’’ Amanda trapt op het gas en de politiewagen knalt binnen een paar seconden met 120 kilometer per uur over de N-weg. Al snel doemt een trage tractor op. “Ok, maak alvast een plannetje’’, zegt Menning. “Zie je die lantaarnpaal met die dubbele lampen in die bocht, een paar honderd meter verderop? Wat zegt jou dat?’’ Zijn cursist kijkt hem vragend aan. “Dat die lantaarns in het midden van de weg staan,’’ vervolgt Menning. “Dus er moet daar een vluchtheuvel zijn. Als je gaat inhalen, moet je ruim voor die lantaarns klaar zijn.’’
‘Handige trucjes’ noemt Menning het gebruiken van herkenningspunten als specifieke lantaarnpalen om ook op hoge snelheid op tijd te anticiperen. “Wij mensen zijn gemaakt om te lopen. Dat looptempo is onze maximumsnelheid. Wanneer we daarbuiten komen, moeten we trucjes gaan uithalen. En dan ligt menselijk falen op de loer. Falen met hoge snelheden en grote kinetische energie.’’
Tegengesteld opvallen naderen
Daarom krijgen agenten elke drie jaar ‘onderhoud’ in hun rijvaardigheden. Niet op een afgelegen circuit, maar op de openbare weg met een volledig uitgeruste politiewagen. “Dit is natuurlijk mijn dagelijkse werk’’, zegt Amanda. “Maar je leert op zo’n trainingsdag altijd een verbetering of wat nieuws.’’
Vandaag staat de TON-methode (tegengesteld opvallend naderen) op het programma. Het idee is dat Amanda met de sirene en zwaailichten op de wegstrook van de tegenliggers gaat rijden. Zelf heeft ze meer zicht, maar belangrijker nog: zij is beter zichtbaar voor de medeweggebruikers, waardoor hun reactietijd groter wordt.
Reactietijd
Uit onderzoek blijkt dat de normale reactietijd 8 tot 12 seconden is. Bij kruispunten zorgt dat vaak voor ongelukken als de politie door rood moet rijden. “Een groen licht is een groen licht’’, zegt Menning. “Veel mensen rijden dan gewoon door en kijken niet links of rechts.’’
Inmiddels nadert Amanda op de tegengestelde rijbaan een druk kruispunt terwijl auto’s beginnen uit te wijken. “Heel goed,’’ zegt Menning. “Oké, we gaan de kruising over. Breng je snelheid terug naar 20, maar blijf rollen zodat je intentie duidelijk is.’’ Opeens steekt toch een auto van links over. “Dat is die ene die dus nergens meer naar kijkt wanneer zijn licht groen is’’, zegt de instructeur. “Maar je schepte overzicht en daarom zaten we niet tegen hem aan.’’
Risicoanalyse
Bij een ongeluk moeten ook agenten zich verantwoorden voor de rechter. Beslissingen die in een fractie van een seconde moeten worden genomen, worden ontleed door een rechter die wel alle tijd heeft. Om die split-second keuzes zoveel mogelijk te mijden, adviseert Menning agenten om altijd een risicoanalyse te maken.
“Dat is simpel. Risico is de kans op een aanrijding vermenigvuldigt met de ernst van de gevolgen. Ik leer agenten een betere positionering op de weg. Ze krijgen dan breder en verder zicht waardoor ze eerder kunnen anticiperen. Split second beslissingen worden dan beslissingen waar meerdere seconden over heen gaan en daarmee verklein je het risico. In een politievoertuig is dat een must.’’
Agenten, brandweermannen en ambulancechauffeurs op de weg (wat mag wel, wat mag niet?)
Hoe hard mogen politieauto’s of andere zogeheten voorrangsvoertuigen zoals ambulances en brandweerwagens eigenlijk rijden als ze een melding krijgen waar ze met spoed op af moeten? In het Reglement verkeersregels en verkeerstekens is bepaald dat voorrangsvoertuigen de regels mogen overtreden en dat andere weggebruikers hen voor moeten laten gaan.
In de Regeling optische en geluidssignalen staan de voorwaarden voor deze ‘toegestane’ verkeersovertredingen:
– Rode verkeerslichten mogen voorrangsvoertuigen met maximum 20 kilometer per uur passeren;
– Een vluchtstrook wordt bereden met een snelheid van maximaal 20 kilometer per uur boven de snelheid van het verkeer op de rijbaan, met een snelheid van maximaal 50 kilometer per uur. Wanneer de snelheid van het andere verkeer lager is dan 30 km per uur, mag op de vluchtstrook maximaal 50 kilometer per uur worden gereden;
– Op vrije rijbanen is het toegestaan om maximaal 40 kilometer per uur harder te rijden dan daar is toegestaan. Alleen de politie mag daar in uitzonderlijke gevallen in overleg met de meldkamer overheen gaan. Dan gaat het bijvoorbeeld om een terreuraanslag of het inrekenen van snelheidsduivels op de weg.
Doorgetrokken streep
Politievoertuigen hoeven niet per se hun sirenes en zwaailichten aan om deze vrijstelling te krijgen. “Als wij een verkeerssurveillance doen op een N-weg mogen wij bijvoorbeeld ook inhalen over een doorgetrokken streep,’’ vertelt Michel Menning. “Als wij achter een automobilist zitten die zich netjes gedraagt, willen wij daar op een bepaald moment voorbij om elders op de weg te kunnen controleren. Mensen beseffen dat vaak niet en dienen geregeld klachten in.’’
De politie werkt momenteel aan educatievideo’s om de kennis van Nederlandse verkeersdeelnemers op dit vlak te verbeteren.
(Bron: De Stentor)