Amsterdam wil een snelheidslimiet van elektrische fietsen van 20 kilometer per uur. Wie sneller wil fietsen, moet maar op de rijbaan gaan rijden. De maximumsnelheid voor e-bikes op fietspaden kan gemeente Amsterdam niet zelf bepalen, dit is landelijke wet- en regelgeving. De gemeente klopt daarom in Den Haag aan met deze wens.

Een derde van alle fietsers in ons land rijdt inmiddels op een e-bike. Vorig jaar kwamen er 207 fietsers om, een jaar eerder waren dat er nog 229, zo meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek. Hoeveel verongelukte slachtoffers op een e-bike reden, wordt niet bijgehouden. Wel waren e-bikers, en dan vooral de groep 50-plussers, volgens de politie in 2022 vaker betrokken bij een ongeval dan in 2019; wat niet wil zeggen dat deze slachtoffers het ongeval zelf veroorzaakt hebben. Bekende risicofactoren voor een ongeval zijn volgens het Instituut voor Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid het grotere gewicht van e-bikes, smalle fietspaden en de grote verschillen tussen de snelheden. De e-bikes die in Nederland verkocht worden, mogen maximaal 25 kilometer per uur kunnen rijden.

Handhaafbaarheid onder druk
Is het een goed idee om daar voor de veiligheid op het fietspad 5 kilometer per uur van af te halen? De ANWB vindt van niet. De vereniging zet namelijk vraagtekens bij de handhaafbaarheid. “Veel fietsers hebben geen snelheidsmeter en als ze die wel hebben, zijn ze niet geijkt. Hierdoor zitten er verschillen tussen de snelheid die afzonderlijke fietsen weergeven. Verder hebben fietsers geen kenteken en kan je ze dus niet flitsen. Handhaving zal daarom veel menselijke inzet vragen en daar is al een tekort aan”.

E-bikes op de rijbaan
De ANWB heeft ook z’n bedenkingen bij een mogelijke Amsterdamse proef, om snelle fietsers op de rijbaan te laten rijden op wegen, waar de maximumsnelheid is verlaagd naar 30 km/uur. Weliswaar kan dit een positief effect hebben op de situatie op fietspaden. Maar het leidt tot onverwachte situaties tussen (vracht-)automobilisten en fietsers op de rijbaan. Onduidelijkheid onder weggebruikers kan tot meer verkeersonveilige situaties leiden. Als zo’n proef wordt gedaan, zou die een beperkte schaal moeten hebben. Ook moeten een goede communicatie en monitoring gewaarborgd zijn. Zo nodig moet zo’n proef snel gestopt kunnen worden.