Ieder jaar overlijden honderden mensen in het verkeer als gevolg van ongevallen. Het komt vaak voor dat de nabestaanden op de plaats van het ongeval plekken inrichten ter nagedachtenis aan een verkeersslachtoffer. Daarover schrijft BN De Stem.

Lees het hele artikel in BN De Stem.

Of het nu een beer is, een gedenkmonument of een bos bloemen: het is een eerbetoon aan de mensen die op een tragische manier om het leven zijn gekomen. Ze vragen een paar seconden van je aandacht als je er langsrijdt.

Volgens Veilig Verkeer Nederland wordt er voor de meeste monumenten geen vergunning aangevraagd en zijn deze daardoor illegaal, maar worden ze veelal gedoogd door de gemeenten. Bij gemeenten is er geen eenduidig beleid. Veel gemeenten hebben geen regels voor het plaatsen van een bermmonument. Andere gemeenten hebben geen regelgeving voor boeketten en dergelijke, maar wel moet er voor het plaatsen van een gedenkteken een vergunning worden aangevraagd. In sommige gemeenten is zelfs het plaatsen van bloemen maar beperkt toegestaan, bijvoorbeeld alleen rond de geboortedag en sterfdag van de overledene, die dan maximaal twee weken mogen blijven liggen.

Rijkswaterstaat verleent desgevraagd zoveel als mogelijk toestemming aan nabestaanden van verkeersslachtoffers om op de plaats van het ongeval gedenktekens te plaatsen. Maar de grootste wegbeheerder van ons land heeft wel regels voor de plaatsen van bermmonumenten. De verkeersveiligheid mag niet in het geding komen. Dit betekent dat het niet in een berm mag worden geplaatst, het niet bevestigd mag worden aan een tot de weg behorende verkeersvoorziening en niet mag lijken op een bestaand verkeersbord. Daarnaast zijn de nabestaanden zelf verantwoordelijk voor het onderhoud en de kosten van aanschaf, plaatsing, onderhoud en verwijdering van het gedenkteken zijn voor de aanvrager. Voor onbepaalde tijd mag het blijven staan. Het kan wel zijn dat Rijkswaterstaat het verplaatst of verwijdert bij onderhoud aan de weg of als het een gevaar vormt voor het verkeer.

(Bron: BN De Stem)