Er vallen de laatste jaren tientallen doden en gewonden bij verkeersongelukken, waarbij lachgas een rol speelde, meldde de NOS eind vorig jaar. Over een periode van drie jaar ging het om 63 dodelijke ongevallen en 362 ongelukken met ernstig letsel. In totaal waren er 1800 ongelukken waarbij lachgas een rol speelde.

“Deelname aan het verkeer na gebruik van lachgas is zeer gevaarlijk”, schrijft de verslavingsinstelling Jellinek op haar website. “Je kunt nog uren onoplettend blijven na gebruik.”

Het is niet makkelijk om aan te tonen dat een ongeluk door lachgas komt. Er is geen bloed- of speekseltest waarmee je lachgas kunt detecteren. Daar wordt wel aan gewerkt. Tot die tijd moet de politie het doen met wat er ter plekke wordt aangetroffen. Zoals een lachgastank of een getuige die een gebruiker met een ballonnetje aan de mond achter het stuur heeft zien zitten.

Wat is lachgas?
Een andere naam voor lachgas is distikstofmonoxide (N2O). Lachgas is een kleurloos gas, dat een beetje zoetig ruikt en smaakt. Artsen gebruiken het wel eens om iemand even onder narcose te brengen, vaak samen met een ander narcosegas.

Vooral jongeren gebruiken voor de lol lachgas. Het gas wordt uit een tank in een ballon gespoten en daarna ingeademd. De roes werkt enkele minuten. Je kunt van lachgasgebruik lacherig en blij worden. Hallucinerende effecten zijn er ook: dingen die je ziet of hoort kunnen vervormen. Lachgas heeft ook minder leuke kanten: verwarring, misselijkheid, tintelingen, hoofdpijn, duizeligheid, flauwvallen, angst.

Cardiologen sloegen onlangs alarm over de effecten van langdurig overmatig lachgas-gebruik. Zij zien steeds meer jongeren met hartinfarcten en trombose na overmatig gebruik. Ook revalidatieartsen spraken hun bezorgdheid uit. Zij zien een toename van het aantal dwarslaesies door lachgas.

Lachgas-verbod
Aan een landelijk verbod wordt al lange tijd gewerkt, door lachgas onder de Opiumwet te brengen. De Eerste en Tweede Kamer zijn inmiddels akkoord, maar de Raad van State ziet problemen rond de handhaving, waarvoor er te weinig mankracht zijn.

Veel gemeenten willen het verbod inmiddels niet meer afwachten en hebben zelf regelgeving ingevoerd. Via een Algemene Plaatselijke Verordening (APV) verbieden ze lachgasgebruik in de hele gemeente, in bepaalde gebieden of bij evenementen.