Brabant staat al jaren aan de top met het aantal verkeersdoden. Dit jaar is het aantal zelfs gestegen tot 150. Hoe komt het dat juist in deze provincie zo veel ongelukken gebeuren met dodelijke afloop?
De Brabantse provinciebestuurder Christophe van der Maat (VVD) is ‘aangeslagen, maar ook gefrustreerd’ over de enorme toename van het aantal verkeersdoden in zijn provincie. Want Noord-Brabant staat al jaren aan de top wat betreft verkeersslachtoffers en de provincie zet alle zeilen bij om het verkeer veiliger te maken. Dan komen de kille CBS-cijfers keihard aan: het aantal doden steeg met liefst 53 procent tot 150. ‘Daar ben ik vreselijk zuur van’, aldus Van der Maat. ‘Want het zijn niet alleen 150 verkeersdoden. Het zijn 150 vaders, moeders, kinderen of vrienden die niet meer zijn thuis gekomen.’
De economie draait op volle toeren – niet alleen rond brainport Eindhoven, maar ook in West-Brabant of voedingsmiddelencentrum Veghel – waardoor het aantal personenauto’s, bestelbusjes en vrachtwagens op de wegen steeds verder toeneemt. Daarmee groeit ook de kans op botsingen met andere verkeersdeelnemers. ‘Brabant kent de laatste twee jaar een sterkere mobiliteitsgroei dan de rest van Nederland’, zegt Ruud Hornman, docent verkeersmanagement aan de hogeschool Breda University of Applied Sciences.
Niet alleen de randwegen van Eindhoven en Den Bosch slibben dagelijks dicht. Ook de A58 tussen Breda en Eindhoven staat in de top-3 van duurste files van Nederland. Daar komt bij dat de A67 (vanaf Antwerpen via Eindhoven naar Venlo) en de A59 (langs Oosterhout, Den Bosch en Oss) sterk verouderd zijn en nauwelijks toegerust op het groeiende (vracht)verkeer.
Al jaren wordt bijvoorbeeld gebakkeleid over de veiligheid op de A67, vooral als er weer eens een vrachtwagen (vanaf de Antwerpse haven op weg naar het Ruhrgebied) op een stilstaande file is geknald. Volgens Hornman zou op deze weg in de spits eigenlijk standaard 90 kilometer moeten worden gereden, om een betere doorstroming te houden. ‘Maar daar is geen politiek draagvlak voor’, aldus de verkeersdeskundige. ‘De tendens in de politiek en maatschappij is eerder dat we overal 130 kunnen gaan rijden.’
2. Echte ‘autoprovincie’
‘In Brabant maken mensen relatief meer kilometers op de weg in vergelijking tot de Randstad’, zegt de provinciewoordvoerder. ‘Ook is Brabant een echte autoprovincie waar meer mensen met de auto reizen dan bijvoorbeeld met het OV.’
Dat heeft vooral met de geografie van de provincie te maken: de omvang (Brabant is na Gelderland de grootste provincie van Nederland) in combinatie met de spreiding van grotere en kleinere kernen. In Oost-Brabant rijden nauwelijks treinen. ‘Als je vanuit Boekel (in Oost-Brabant) naar een NS-station wilt, ben je zo een half uur aan het rijden’, aldus de woordvoerder.
Dat is een verschil met de Randstad, waar bijna alle grotere kernen zijn aangesloten op het spoor. En natuurlijk zitten mensen in Drenthe en Friesland relatief ook meer op de weg dan mensen in de Randstad. ‘Maar in Drenthe is het aanzienlijk minder druk op de wegen dan in Brabant.’
3. Veel 80 kilometerwegen oftewel potentiële ’dodenwegen’
De meeste ongelukken gebeuren op provinciale wegen, niet op autosnelwegen. Want op snelwegen rijden de meeste auto’s over het algemeen met dezelfde constante snelheid. Op provinciale wegen kan die snelheid enorm fluctueren, zeker als er soms ook nog langzaam landbouwverkeer op rijdt. Dat verleidt automobilisten tot risicovolle inhaalmanoeuvres. ‘Dit gemengde verkeersbeeld met grote snelheidsverschillen en gevaarlijke kruispunten vergroot de kans op ongelukken’, aldus Hornman.
Uitgerekend Brabant heeft ’s lands grootste netwerk aan provinciale wegen, met een totale lengte van 23 duizend kilometer. ‘Het zijn vaak prachtige wegen met van die dikke eiken erlangs’, aldus de provinciewoordvoerder. ‘Maar dat is geen goede combinatie met verkeersveiligheid.’
De provincie probeert de veiligheid van de wegen te vergroten door vangrails te plaatsen of desnoods bomen te kappen. Maar dat noemt verkeersdeskundige Hornman symptoombestrijding. ‘De wegen zijn niet onveilig, maar de weggebruikers’, zegt hij. ‘Zo blijft het een soort kat- en muisspel. Misschien gaan de mensen met minder bomen en meer vangrails langs de weg weer veel harder rijden, waardoor de kans op ongelukken toeneemt.’
4. Appen in het verkeer
Ooit waren te hard rijden en alcohol de belangrijkste oorzaken van fatale ongelukken, de laatste jaren is daar een derde factor bijgekomen: afleiding door de smartphone. Ondanks alle voorlichtingscampagnes (zoals MONO) en verhoging van de boete (tot 240 euro) zijn automobilisten en vrachtwagenchauffeurs nog steeds massaal aan het appen in het verkeer. Dat geldt voor heel Nederland, en ook voor Brabant.
Maar door de drukte op de wegen kan een moment van afleiding eerder fataal zijn. ‘Op een rustige weg in Overijssel kun je misschien nog wel bijtijds afremmen, maar op een drukke weg in Brabant zit je direct op de voorganger’, aldus Hornman.
Daarnaast hebben veel auto’s tegenwoordig beeldschermen waarop je zelfs hele speelfilms kunt afspelen. Ook werkt menige bestuurder zijn/haar muzieklijst van Spotify bij tijdens het autorijden. Veilig Verkeer Nederland wil een einde maken aan die interactieve bezigheden achter het stuur. ‘Rij zonder afleiding van smartphones’, aldus VVN. Net zoals een fietser moet zorgen dat het licht het doet en iedereen zich aan de snelheidsvoorschriften moet houden. ‘Vrijwel iedereen is verkeersdeelnemer, dus kan ook iedereen helpen dat het verkeer een stukje veiliger wordt.’
5. Meer agressie in het verkeer
De verruwing van de samenleving leidt volgens Hornman ook tot meer agressie en hufterig gedrag in het verkeer. Een SBS6-programma als Wegmisbruikers spint daar garen bij. Maar dat asociale weggedrag kan ook tot ongelukken leiden. Misschien gebeurt dat in Brabant wel vaker dan in de Randstad, oppert de verkeersdeskundige.
‘In de Randstad staat het verkeer vaak echt stil, dan kun je als automobilist in de file nergens heen’, aldus Hornman. ‘In Brabant is het wel druk, maar blijft het verkeer langzaam rijden. Dan gaan automobilisten vaker wisselen van rijbaan of zetten ze hun wagen halfdwars over de andere strook om passeerders te dwarsbomen. Soms worden zelfs wagens van Rijkswaterstaat tegengehouden die met zwaailicht op de vluchtstrook rijden. Iedereen speelt voor eigen rechter, en dat agressieve gedrag kan ook weer tot ongelukken leiden.’
(Bron: Volkskrant)