De verlaging van de maximum snelheid overdag op alle snelwegen naar 100 km/uur vanaf 16 maart gaat, naast de beoogde stikstofreductie, effect hebben op de reistijd, het gedrag van de bestuurder en de verkeersveiligheid, stelt Hans Drolenga, senior adviseur Smart Mobility, Infrastructuur & Mobiliteit van ingenieursadviesbureau Sweco.

Gemiddeld 3 minuten langer onderweg vanuit Utrecht naar Den Haag, Arnhem, Breda en Eindhoven
Drolenga berekende wat het effect van de lagere maximumsnelheid is op de reistijd vanuit Utrecht naar Den Haag, Arnhem, Breda, Eindhoven, Enschede en Groningen. Hij ging hierbij uit van de huidige gereden snelheden overdag op 100 km/uur, 120 km/uur en 130 km/uur wegvakken en projecteerde deze op de situatie vanaf 16 maart als er overal 100 km/uur als snelheidslimiet overdag geldt. Een automobilist is overdag gemiddeld gezien straks ongeveer 3 minuten langer onderweg om vanuit Utrecht in Den Haag, Arnhem, Breda of Eindhoven te komen. De reistijd overdag van Utrecht naar Enschede zal gemiddeld met 6 minuten en van Utrecht naar Groningen met 9 minuten toenemen. Drolenga: ‘Deze toenames zijn nog wel te overzien, mede ook omdat in de spitsperiodes op veel wegen de maximum snelheid door een hoog verkeersaanbod toch al niet kon worden gehaald. Buiten de spitsperioden zijn de reistijdverliezen groter’.

Afleiding ligt op de loer
De lagere maximum snelheid doet iets met het gedrag van de bestuurder. ‘In de verkeerskunde kennen we de praktijk van de geloofwaardige limiet. Een bordje met 100 km/uur langs een compleet lege vijfstrooks autosnelweg is niet geloofwaardig. Dit heeft invloed op het gedrag van de bestuurder. Het feit dat de verlaging alleen overdag geldt, en niet ’s nachts, helpt ook niet’. Eerder bleek dat de gemiddelde snelheid op trajecten waar destijds variabel 130 km/uur (overdag gelijkblijvende 120 km/uur, ’s nachts 130 km/uur) is ingevoerd, zich overdag ook een toename in gereden snelheid voor deed. Drolenga: ‘Klaarblijkelijk denkt de automobilist dat als het ’s nachts mag, het overdag ook wel kan’.

Ook voorziet Drolenga een kans dat een bestuurder zich gaat vervelen achter het stuur. Drolenga: ‘100 km/uur voelt in de luxe en comfortabele auto’s van tegenwoordig als langzaam. Doordat we langzamer rijden ontstaat er een mentale onderbelasting die we dan opvullen met andere dingen. De neiging om de telefoon te pakken wordt groter, afleiding ligt op de loer’.

Verkeersstromen
Met de invoering van de lagere maximum snelheid overdag, zullen mogelijk wijzigingen in de verkeersstromen optreden. Enerzijds worden de snelheidsverschillen tussen auto- en vrachtverkeer kleiner. Dit is positief voor de verkeersveiligheid. Anderzijds zullen de snelheidsverschillen binnen de groep autoverkeer groter worden, verwacht Drolenga. ‘Ik verwacht dat er twee groepen zijn: één groep die zich op de rechterzijde van de rijbaan keurig aan de snelheid houdt, en de andere groep die op de linkerzijde hard blijft rijden. Hierdoor kunnen gevaarlijke situaties ontstaan bijvoorbeeld wanneer een langzamer rijdend voertuig wil gaan inhalen.’ Op wegvakken van 3 en meer rijstroken is volgens Drolenga naar verwachting voldoende ruimte beschikbaar om snelheidsverschillen te faciliteren, hij verwacht vooral op wegvakken met 2 rijstroken grotere onveiligheid. Daarnaast zou een deel van het verkeer op de snelwegen alternatieve routes over bijvoorbeeld provinciale wegen kunnen gaan zoeken. Deze wegen zijn over het algemeen echter onveiliger.

Handhaving en meer informatie
Volgens Hans is de enige manier om ervoor te zorgen dat men zich aan de nieuwe limiet houdt, strengere handhaving: ‘zichtbaar meer politie op de weg en op meer plaatsen trajectcontroles’. Een publiekscampagne waarin goed wordt uitgelegd waarom welk snelheidsgedrag op welke moment van de dag van de weggebruiker wordt gevraagd,  draagt ook bij aan betere opvolging van de snelheidslimiet. Het mes snijdt daarmee aan twee kanten: én de reductie van stikstof én een toename van de verkeersveiligheid.

(Bron: BB)