De Nederlandse Orde van Advocaten heeft gereageerd op het bericht van het Verbond van Verzekeraars, waarin de branchevereniging de conclusie trok dat verruiming van de vrije advocaatkeuze nadelig zal uitpakken voor de rechtsbescherming. De NOvA volgt deze conclusie niet en pleit voor onafhankelijk WODC-onderzoek.
“Het kan in het belang van de rechtzoekende zijn om in een zo vroeg mogelijk stadium geadviseerd te worden door een gespecialiseerde advocaat en niet pas als de rechterlijke procedure een feit is,” aldus de NOvA in een bericht op de website. “Een goede en tijdige advisering kan uiteindelijk ook tot besparing van kosten leiden.”
De NOvA zegt in overleg te zijn getreden met het Verbond van Verzekeraars en de verantwoordelijke ministeries over de verwachting van verzekeraars voor een kostenstijging. De NOvA vraagt zich echter af of de uitvoering van de uitspraak van het Europees Hof daadwerkelijk tot hogere kosten zal leiden. De NOvA pleit dan ook voor een nader onafhankelijk onderzoek door bijvoorbeeld het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC). In dit onderzoek moet onder andere onderzocht worden op welke manier de vrije advocaatkeuze en de toegang tot het recht kunnen worden gewaarborgd, net als het belang dat eenieder zich kan verzekeren voor rechtsbijstand. Dit geldt vooral waar het gaat om mensen die niet in aanmerking komen voor gefinancierde rechtsbijstand.
Het Europees Hof van Justitie heeft in 2020 geoordeeld dat een rechtzoekende al in de voorfase van een gerechtelijke procedure het recht heeft om een advocaat in te schakelen op kosten van de rechtsbijstandsverzekeraar. Deze uitspraak is door het financiële klachteninstituut Kifid in maart 2021 bevestigd. De NOvA heeft er bij het ministerie op aangedrongen om ervoor te zorgen dat de Nederlandse wet- en regelgeving in lijn met de uitspraak van het Europese Hof van Justitie wordt gebracht.
Bron: NOvA)