Het vertrouwen in huisartsen en medisch specialisten is hoger dan in andere zorgverleners en organisaties in de zorg. Maar niet álle artsen kunnen op zoveel vertrouwen van het publiek rekenen. Verzekeringsartsen, keuringsartsen, bedrijfsartsen en arboartsen scoren aanzienlijk lager in de ‘Barometer Vertrouwen in de gezondheidszorg’ van Nivel.
In 2018 had 89 procent van de deelnemers van het Nivel Consumentenpanel, dat bestaat uit ongeveer 12 duizend personen boven de 18 jaar, vertrouwen in huisartsen. 86 procent van de deelnemers had vertrouwen in medisch specialisten. Het vertrouwen in deze twee groepen artsen schommelde de afgelopen twintig jaar tussen de 85 en 93 procent en was in het eerste decennium van deze eeuw het hoogst. Verpleegkundigen scoren overigens ongeveer even hoog.
Slechts 13 procent vertrouwt verzekerings- en keuringsartsen
Slechts 13 procent van de deelnemers van het consumentenpanel had in 2018 vertrouwen in verzekerings- en keuringsartsen. Het vertrouwen is in de afgelopen acht jaar – daarvoor werd het niet gemeten – ook licht gedaald. Dit geldt ook voor bedrijfs- en arboartsen; zij zakten van 30 procent in 2010 naar 21 procent in 2018. Deelnemers aan het consumentenpanel hadden meer vertrouwen in alternatieve artsen; zij scoorden 36 procent in 2018. Het vertrouwen in alternatieve artsen ging echter hard achteruit; in 2001 hadden zij nog het vertrouwen van 61 procent van de deelnemers.
Als het gaat om het vertrouwen van het consumentenpanel in zorgorganisaties, dan scoren ziekenhuizen, met 70 procent, het hoogst. Het vertrouwen in de huisartsenpost was in 2018 68 procent. Het vertrouwen in de zorgverzekeraars was met 25 procent in 2018 een stuk lager.
(Bron: Medisch Contact)