Afwezige artsen, personeel dat onbevoegd medische handelingen moet verrichten, het achterhouden van informatie: uit onderzoek van de Volkskrant blijkt dat de commerciële huisartsenketen Co-Med onaanvaardbare risico’s nam. Dat heeft geleid tot een onderzoek van de Inspectie Gezondheidszorg en jeugd (IGJ).

Sinds de oprichting schudt de commerciële keten Co-Med de huisartsenwereld door elkaar. Het bedrijf, met het hoofdkantoor in Maastricht, presenteert zichzelf als de oplossing voor de hoge druk op de zorg. Traditionele, zelfstandige huisartsenpraktijken zijn volgens Co-Med verleden tijd. De toekomst zit in videoartsen en een centraal callcenter om telefoontjes van patiënten uit het hele land op te vangen.

Vanaf 2020 neemt Co-Med praktijken door het hele land over. Sindsdien regent het onophoudelijk klachten. In het eerste kwartaal van dit jaar ging 11,6 procent van de klachten over huisartsenzorg bij de IGJ over Co-Med. En dat terwijl het bedrijf slechts twaalf van de ruim 4.800 huisartsenpraktijken in Nederland in handen heeft, een kwart procent.

Patiënten zijn ontstemd over de slechte telefonische bereikbaarheid, over het gebrek aan en de kwaliteit van artsen, over de moeite die het kost om een afspraak te plannen (als dat überhaupt al lukt), en over de spoedlijn die ook in levensbedreigende situaties niet wordt opgenomen. En dan sluiten sommige praktijken ook nog ineens de deuren, voor kortere of langere tijd.

Sinds februari dit jaar is het bedrijf onder verscherpt toezicht gesteld door de inspectie, vanwege ‘ernstige tekortkomingen’ die ‘kunnen leiden tot een groot risico voor de patiëntveiligheid’. In de Volkskrant komen meerdere patiënten aan het woord die door Co-Med ernstig in de problemen werden gebracht, met soms zelfs de dood als gevolg.

Lees het artikel van de Volkskrant.